Je bent hier: Zoeken > Resultaten
Open zoekscherm
Uitgebreid zoeken
64.996 resultaten
Het armenhuis
Tekening van het oude Paleis van Justitie, tegenwoordig Museum De Fundatie, gezien vanaf de Potgietersingel. Het is in 1840 gebouwd. De Sassenpoort is eind 19e eeuw gerestaureerd en voorzien van de huidige spits, dus de tekening moet in de tussentijd gemaakt zijn., 00-00-1840 - 00-00-1890
Prentbriefkaart (ca. 1900) van een Nieuwjaarsprent, een zegenwens in verband met het nieuwejaar van F. B. Langneaux, torenwachter van de stad Zwolle, uit 1851. Met een afbeelding van de Peperbus en de OLV-kerk (Ossenmarkt 10)., 00-00-1851 - 00-00-1900
De Hagelsteeg te Zwolle. Z geboortehuis van Z. Em. W.M. Kardinaal van Rossum ;
Overijsselsche Nijverheids-tentoonstelling Plan 1913. Verso: Industrial Exhibition of Overijssel, according to "plan 1913" at Zwolle, Holland August 1913. ;
Badhuiswal 5: Geneeskundig Badhuis van dr E.T. Schaepman (1800-1865), gebouwd 1842, opgeheven 1865. Rechts de Diezerpoortenwalmolen, gebouwd 1845, afgebroken 1868.
Badhuiswal met Diezerpoortenwalmolen (afgebroken 1868) en links Badhuis van dr. E.T. Schaepman (1800-1865) op Badhuiswal 3 uit het zuidoosten gezien vanaf de Schoenkuipenbrug.
Op het gebouw het opschrift: "Geneeskundig Badhuis". Op 1 juni 1842 opende Dr. E. T. Schaepman op de sindsdien geheten Badhuiswal een inrichting voor geneeskundige baden. Op de bovenverdieping vond men een paar ontvangst- en logeerkamers, terwijl zich op de benedenverdieping acht badkamers met badkuipen bevonden. Een kleine stoomketel zorgde voor warm water, een perspomp voor de aanvoer van zuiver rivierwater. De lijders konden kiezen uit zwavel-, staal-, aromatische-, damp-, douche-, stort-en druipbaden. Aan het badhuis was ook een maison de santé verbonden. Gewoonlijk was er dinsdags en donderdags een concert aan het Badhuis, waarbij het orkest aan de overzijde van het water stond opgesteld, opdat de afstand het geluid wat zou temperen ten behoeve van de zwakkeren onder de zenuwlijders. Een groot bezwaar bleef het gemis aan een wandelplaats. Een andere reden waarom Zwolle tenslotte toch niet is uitgegroeid tot een echt "Kurort" - al bedroeg het aantal badgasten soms vijftig - waren de schietoefeningen van de stedelijke schutterij op de Turfmarkt, die teveel van het tere gestel der zieken vergden. Na 1860 werd het Badhuis weinig meer genoemd en de dood van de ondernemende arts (1865) maakte ook een eind aan zijn stichting. Het fraai gelegen huis werd vervolgens bewoond door mevrouw R. M. E. C. Oostingh-Feith en van 1892 tot 1944 door notaris Mr. P. A. van der Biesen, de schoonzoon van Dr. Th. Schaepman, die de dokterswoning (rechts) bewoonde. Na de oorlog hebben verschillende instanties, zoals de Inspectie der, 00-00-1865 - 00-00-1868
Badhuiswal met Diezerpoortenwalmolen (afgebroken 1868) en links Badhuis van dr. E.T. Schaepman (1800-1865) op Badhuiswal 3 uit het zuidoosten gezien vanaf de Schoenkuipenbrug.
Op het gebouw het opschrift: "Geneeskundig Badhuis". Op 1 juni 1842 opende Dr. E. T. Schaepman op de sindsdien geheten Badhuiswal een inrichting voor geneeskundige baden. Op de bovenverdieping vond men een paar ontvangst- en logeerkamers, terwijl zich op de benedenverdieping acht badkamers met badkuipen bevonden. Een kleine stoomketel zorgde voor warm water, een perspomp voor de aanvoer van zuiver rivierwater. De lijders konden kiezen uit zwavel-, staal-, aromatische-, damp-, douche-, stort-en druipbaden. Aan het badhuis was ook een maison de santé verbonden. Gewoonlijk was er dinsdags en donderdags een concert aan het Badhuis, waarbij het orkest aan de overzijde van het water stond opgesteld, opdat de afstand het geluid wat zou temperen ten behoeve van de zwakkeren onder de zenuwlijders. Een groot bezwaar bleef het gemis aan een wandelplaats. Een andere reden waarom Zwolle tenslotte toch niet is uitgegroeid tot een echt "Kurort" - al bedroeg het aantal badgasten soms vijftig - waren de schietoefeningen van de stedelijke schutterij op de Turfmarkt, die teveel van het tere gestel der zieken vergden. Na 1860 werd het Badhuis weinig meer genoemd en de dood van de ondernemende arts (1865) maakte ook een eind aan zijn stichting. Het fraai gelegen huis werd vervolgens bewoond door mevrouw R. M. E. C. Oostingh-Feith en van 1892 tot 1944 door notaris Mr. P. A. van der Biesen, de schoonzoon van Dr. Th. Schaepman, die de dokterswoning (rechts) bewoonde. Na de oorlog hebben verschillende instanties, zoals de Inspectie der, 00-00-1865 - 00-00-1868
Wordt nog beschreven
Wordt nog beschreven
Wordt nog beschreven
Wordt nog beschreven
Wordt nog beschreven
Wordt nog beschreven