AfbeeldingZwolle Jufferenwal, Oude Huisjes ;
Jufferenwal 4-14, ca. 1910.
De doorgang van Kamperpoortenbrug naar Rodetorenplein was vroeger veel smaller dan nu. Ter linkerzijde trof men namelijk een reeks kleine huisjes aan (Jufferenwal 4 t/m 14), die vanwege de gedeeltelijke afgraving van de Jufferenwal
in 1897 nog slechts via trapjes bereikbaar waren. Bij diezelfde gelegenheid is ook ter verbetering van de toegang naar het Rodetorenplein en de Jufferenwal het huis van A. Cremer aan het westelijke einde van de Melkmarkt aangekocht en gesloopt. De huisjes leverden weliswaar een schilderachtige aanblik op, maar werden in 1931 onbewoonbaar verklaard. Geleidelijk aan werden ze sindsdien ontruimd, maar
tot afbraak kwam het pas in 1959. Uiterst rechts op de foto ziet men nog een klein gedeelte van het herenhuis, dat op de hoek van Jufferenwal en Rodetorenplein stond en dan ook Rodetorenplein 6
genummerd was. Het is in 1961, dus vrijwel gelijktijdig met de hier afgebeelde huisjes afgebroken.
De bewoners hielden zich evenals hun achterburen op het nabijgelegen Kikkerseiland voornamelijk bezig met de visserij en visverkoop. Zo woonde bijvoorbeeld
ten tijde van de opname (1911) reeds sinds 1903 in het huisje op de voorgrond (Jufferenwal 4) de scheepstimmermansknecht H. Mooij. Van 1915 tot 1921 was de visvrouw H. Huijer de bewoonster. De laatste bewoner was (van 1928 tot 1937) de
metselaar D. Schuimer. Het volgende trapje gaf zowel toegang tot Jufferenwal 6, van 1911 tot 1929 de
woning van de sigarenmaker A. Zijlstra, en daarna tot 1937 van de arbeider G. M. van Sloten, als tot Jufferenwal 8, waar van 1896 tot 1911 de metselaar
J. Wolters en daarna tot 1929 de werkvrouw G. Scholten - Wolters woonden. Het daaropvolgende trapje leidde naar het huisje van de uit Blokzijl afkomstige vissersfamilie Boes. Visser H. Boes, om duidelijk zichtbare reden "Drieks de Poot"
genaamd, ziet men het trapje op de voorgrond afdalen. Hij woonde er - aanvankelijk met zijn zuster, de visvrouw J. Boes - Zwolle, 25 januari 1911. tot 1941. Ook Jufferenwal 12, waar eerst van 1878 tot 1905 de visvrouw J. van der Stouw - Rigter, vervolgens van 1906
tot 1916 haar dochter W. van der Stouw en tenslotte tot 1933 de fabrieksarbeider A. Timmerman woonde, was op die manier bereikbaar. Het laatste trapje tenslotte behoorde bij het huisje van visser G. Rigter, een broer van de dus naast hem wonende visvrouw J. van der Stouw - Rigter. Hij woonde hier van 1896 tot 1908. De volgende bewoner (van 1909 tot 1922) was de kerkoppasser B. J. Smit.
1910, 1910
{5F2CB256-20F8-4051-84A3-C66B000A26BE}