image/svg+xml
Open zoekscherm

7.232 resultaten

7.232 resultaten

Niets geselecteerd
 

U heeft gezocht op:

  • SluitenIndonesië

Filter op

Vorige pagina1pagina 3pagina 4pagina 5pagina 6pagina 7pagina 8pagina 603Volgende pagina
lijst/tabel met zoekresultaten, pagina 5 van 603
IcoonBeschrijvingOmschrijvingIdentificatieNaam
Bekijk detail van "WONING - Dhr. Heidekamp ;" Bekijk detail van "WONING - Dhr. Heidekamp ;" Afbeelding

WONING - Dhr. Heidekamp ;

Interview met dhr. Heidekamp door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

Interview met Berend Heidekamp, wonend Sportlaan 51, Emmeloord BB06629
Project Woning


Hij is geboren in 1923 in Onstwedde in Groningen en is na de lagere school direct gaan werken. Tijdens het zaaien van de haver ervaarde hij het uitbreken van de oorlog. Aanvankelijk ging ...
2010, 2010
{A16DD7F9-421B-4EAD-A563-C2C0A2365888}

Afbeelding

WONING - Dhr. Heidekamp ;

Interview met dhr. Heidekamp door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

Interview met Berend Heidekamp, wonend Sportlaan 51, Emmeloord BB06629
Project Woning


Hij is geboren in 1923 in Onstwedde in Groningen en is na de lagere school direct gaan werken. Tijdens het zaaien van de haver ervaarde hij het uitbreken van de oorlog. Aanvankelijk ging tijdens de bezetting het leven gewoon door. In 1943 is hij ondergedoken in de regio Veenendaal, omdat hij niet in Duitsland te werk gesteld wilde worden. In de regio Veenendaal heeft hij ca 9 maanden gewoond. Daarna is hij met de fiets (tandem) teruggegaan naar zijn thuis is Onstwedde, maar zorgde ervoor buiten het zicht van de Duitsers te blijven. Poolse militairen hebben Onstwedde bevrijd; daarna is er een groot feest.
Kort na de WO II heeft hij zich vrijwillig gemeld als militair die naar Indonesië zou worden uitgezonden. In de kazerne in Zuidlaren werd een bataljon gevormd van vrijwillige militairen uit die regio die naar Indonesië gingen. De doelstelling was de daar wonende Japanners te bewaken, die Indonesië. Hij ging een opleiding in Zuidlaren en ging op 1 januari 1946 met de trein naar Oostende en is daar op de boot gegaan naar Engeland. Met de trein ging hij naar East Hampstead en kreeg daar een vervolgopleiding. Vanuit Southhampton ging met de boot naar Singapore, daar sliep hij drie weken in tenten en moest op de Japanners passen. Vanuit Malakka (Singapore) ging hij met de boot naar Jakarta en is vervolgens doorgevaren naar Soerabaja (Batavia). De reis naar Indonesië was avontuurlijk en gaf allerlei nieuwe indrukken. In de kazerne in Soerabaja kregen ze ’s nachts te maken met aanvallen van opstandelingen waarbij er drie doden en elf gewonden vielen. De dag daarop hebben ze het terrein om de kazernegebouwen helemaal platgebrand zodat ze konden zien wat er op hen afkwam. Daarna begon het patrouille lopen en het beveiligen van de bevolking die geleidelijk we Soerabaja terugkwam. Na enige tijd hebben ze de Engelse militairen die daar ook waren, afgelost. In kampongs in de omgeving van Soerabaja heeft hij ca één jaar verbleven. Regelmatig was er vuurcontact met de opstandelingen en namen ze ook opstandelingen krijgsgevangen. De omstandigheden waren erg primitief, auto’s moesten ze zelf zien te verwerven door oude auto’s op te knappen. De eerste zware mitrailleur (een Bren) hebben ze buitgemaakt op de vijand. Van nabij maakte hij het sneuvelen van meerdere militairen mee.
Tijdens patrouilles en bezoeken aan kampongs werden regelmatig opstandelingen gevangen genomen. Heidekamp weigerde om ongewapende mannen dood te schieten maar zijn luitenant schoot hen zonder pardon dood. Eenmaal is Heidekamp gewond geraakt; het was gelukkig slechts een vleeswond aan zijn arm en na een week werd hij weer ontslagen uit het ziekenhuis. Hij moest zelf zijn vervoer verzorgen terug naar zijn bataljon.
Eind 1947 kwam de eerste politionele actie. Daarbij heeft hij Malang bezet gehouden; er was behoorlijk veel verzet in Malang. Vanuit Malang ging hij op patrouille en bij terugkomst had een bevriende Javaan vaak vers fruit op hun bed gelegd. Van zijn verloofde ontving hij heel veel post; die post was voor hem erg belangrijk. Vanuit Malang is hij in september 1948 naar huis gegaan. Eerst naar Lawang, een dorp in de buurt van Malang, en na zes weken naar Nederland. Aankomst in Rotterdam en daarna met de bus naar huis. Er stond een ereboog voor hem klaar, daarna kon het normale leven weer beginnen.
Eénmaal, in 1981, is hij met zijn vrouw terug geweest in Indonesië

2010, 2010
{A16DD7F9-421B-4EAD-A563-C2C0A2365888}

{A16DD7F9-421B-4EAD-A563-C2C0A2365888}
Bekijk detail van "Interview met dhr. J. Zwart door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). <br/><br/><br/>De heer Johan Zwart is geboren in 1935 in Enschede. Als dienstplichtig marinier was hij in Nieuw Guinea. Hij was voor zijn militaire diensttijd verwarmingsmonteur en wilde graag bij de mariniers dienen. Hij is opgekomen in Doorn en heeft daar zijn opleiding gehad.  Zijn vader was antimilitair en vond het maar niets dat zijn zoon in militaire dienst ging. Na zijn opleiding in 1957 ging hij (als laatste reserve van zijn peloton) naar Nieuw Guinea. Hij vertrok in november 1957 met het vliegtuig naar Rome, vandaar naar Caïro en na nog een paar tussenlandingen kwam hij aan in Biak. In totaal was het ca 23 uur vliegen. De vliegreis was een behoorlijk avontuur te meer omdat hij nog nooit had gevlogen.<br/>De aankomst van Biak was overweldigend; de hitte was wel dragelijk. De eerste dag hebben we aan het strand gelegen en ze sliepen de eerste nachten in tenten. Na drie weken was Johan geacclimatiseerd en gewend aan de warmte. <br/>In het instructieboekje stond was het doel van hun verblijf daar was, zoals bescherming bevolking en infiltratie voorkomen. Zeer beperkte voorlichting over geslachtsziekten. <br/>Van Biak ging hij naar Manuquari, daar kreeg hij de tropenopleiding en zijn wapen. Veel oefenen (met mitrailleur schieten, schuttersputten graven, etc. Hij werd daar klaargestoomd voor het echte patrouillewerk. Nooit een infiltrant opgepakt, hoewel hij meerdere keren achter infiltranten heeft aangezeten (‘ze konden blijkbaar harder lopen dan ik’). Na zijn opleiding ging hij naar Sorong en daar begon het patrouille lopen in het Vogelkopgebied. Contacten met het thuisfront waren er per brief met zijn toenmalige verloofde (nu zijn vrouw). Een patrouillegroep bestond veelal uit ca 15 à 20 man onder leiding van een sergeant of luitenant. Twee Papoea’s dienden als gids van de patrouille, zij liepen op blote voeten. De patrouillegroep droeg speciale kleding tegen de, 0" Bekijk detail van "Interview met dhr. J. Zwart door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). <br/><br/><br/>De heer Johan Zwart is geboren in 1935 in Enschede. Als dienstplichtig marinier was hij in Nieuw Guinea. Hij was voor zijn militaire diensttijd verwarmingsmonteur en wilde graag bij de mariniers dienen. Hij is opgekomen in Doorn en heeft daar zijn opleiding gehad. Zijn vader was antimilitair en vond het maar niets dat zijn zoon in militaire dienst ging. Na zijn opleiding in 1957 ging hij (als laatste reserve van zijn peloton) naar Nieuw Guinea. Hij vertrok in november 1957 met het vliegtuig naar Rome, vandaar naar Caïro en na nog een paar tussenlandingen kwam hij aan in Biak. In totaal was het ca 23 uur vliegen. De vliegreis was een behoorlijk avontuur te meer omdat hij nog nooit had gevlogen.<br/>De aankomst van Biak was overweldigend; de hitte was wel dragelijk. De eerste dag hebben we aan het strand gelegen en ze sliepen de eerste nachten in tenten. Na drie weken was Johan geacclimatiseerd en gewend aan de warmte. <br/>In het instructieboekje stond was het doel van hun verblijf daar was, zoals bescherming bevolking en infiltratie voorkomen. Zeer beperkte voorlichting over geslachtsziekten. <br/>Van Biak ging hij naar Manuquari, daar kreeg hij de tropenopleiding en zijn wapen. Veel oefenen (met mitrailleur schieten, schuttersputten graven, etc. Hij werd daar klaargestoomd voor het echte patrouillewerk. Nooit een infiltrant opgepakt, hoewel hij meerdere keren achter infiltranten heeft aangezeten (‘ze konden blijkbaar harder lopen dan ik’). Na zijn opleiding ging hij naar Sorong en daar begon het patrouille lopen in het Vogelkopgebied. Contacten met het thuisfront waren er per brief met zijn toenmalige verloofde (nu zijn vrouw). Een patrouillegroep bestond veelal uit ca 15 à 20 man onder leiding van een sergeant of luitenant. Twee Papoea’s dienden als gids van de patrouille, zij liepen op blote voeten. De patrouillegroep droeg speciale kleding tegen de, 0" Afbeelding

Interview met dhr. J. Zwart door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).


De heer Johan Zwart is geboren in 1935 in Enschede. Als dienstplichtig marinier was hij in Nieuw Guinea. Hij was voor zijn militaire diensttijd verwarmingsmonteur en wilde graag bij de mariniers dienen. Hij is opgekomen in Doorn en heeft daar zijn opleiding gehad. Zijn vader was antimilitair en vond het maar niets dat zijn zoon in militaire dienst ging. Na zijn opleiding in 1957 ging hij (als laatste reserve van zijn peloton) naar Nieuw Guinea. Hij vertrok in november 1957 met het vliegtuig naar Rome, vandaar naar Caïro en na nog een paar tussenlandingen kwam hij aan in Biak. In totaal was het ca 23 uur vliegen. De vliegreis was een behoorlijk avontuur te meer omdat hij nog nooit had gevlogen.
De aankomst van Biak was overweldigend; de hitte was wel dragelijk. De eerste dag hebben we aan het strand gelegen en ze sliepen de eerste nachten in tenten. Na drie weken was Johan geacclimatiseerd en gewend aan de warmte.
In het instructieboekje stond was het doel van hun verblijf daar was, zoals bescherming bevolking en infiltratie voorkomen. Zeer beperkte voorlichting over geslachtsziekten.
Van Biak ging hij naar Manuquari, daar kreeg hij de tropenopleiding en zijn wapen. Veel oefenen (met mitrailleur schieten, schuttersputten graven, etc. Hij werd daar klaargestoomd voor het echte patrouillewerk. Nooit een infiltrant opgepakt, hoewel hij meerdere keren achter infiltranten heeft aangezeten (‘ze konden blijkbaar harder lopen dan ik’). Na zijn opleiding ging hij naar Sorong en daar begon het patrouille lopen in het Vogelkopgebied. Contacten met het thuisfront waren er per brief met zijn toenmalige verloofde (nu zijn vrouw). Een patrouillegroep bestond veelal uit ca 15 à 20 man onder leiding van een sergeant of luitenant. Twee Papoea’s dienden als gids van de patrouille, zij liepen op blote voeten. De patrouillegroep droeg speciale kleding tegen de, 0

Interview met dhr. J. Zwart door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).


De heer Johan Zwart is geboren in 1935 in Enschede. Als dienstplichtig marinier was hij in Nieuw Guinea. Hij was voor zijn militaire diensttijd verwarmingsmonteur en wilde graag bij de mariniers dienen. Hij is opgekomen in Doorn en heeft daar zijn opleiding gehad. Zijn vader was antimil...
2010, 2010
{FB0F89C6-79C4-4D93-9274-F1F5AAC72F79}

Afbeelding

Interview met dhr. J. Zwart door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).


De heer Johan Zwart is geboren in 1935 in Enschede. Als dienstplichtig marinier was hij in Nieuw Guinea. Hij was voor zijn militaire diensttijd verwarmingsmonteur en wilde graag bij de mariniers dienen. Hij is opgekomen in Doorn en heeft daar zijn opleiding gehad. Zijn vader was antimilitair en vond het maar niets dat zijn zoon in militaire dienst ging. Na zijn opleiding in 1957 ging hij (als laatste reserve van zijn peloton) naar Nieuw Guinea. Hij vertrok in november 1957 met het vliegtuig naar Rome, vandaar naar Caïro en na nog een paar tussenlandingen kwam hij aan in Biak. In totaal was het ca 23 uur vliegen. De vliegreis was een behoorlijk avontuur te meer omdat hij nog nooit had gevlogen.
De aankomst van Biak was overweldigend; de hitte was wel dragelijk. De eerste dag hebben we aan het strand gelegen en ze sliepen de eerste nachten in tenten. Na drie weken was Johan geacclimatiseerd en gewend aan de warmte.
In het instructieboekje stond was het doel van hun verblijf daar was, zoals bescherming bevolking en infiltratie voorkomen. Zeer beperkte voorlichting over geslachtsziekten.
Van Biak ging hij naar Manuquari, daar kreeg hij de tropenopleiding en zijn wapen. Veel oefenen (met mitrailleur schieten, schuttersputten graven, etc. Hij werd daar klaargestoomd voor het echte patrouillewerk. Nooit een infiltrant opgepakt, hoewel hij meerdere keren achter infiltranten heeft aangezeten (‘ze konden blijkbaar harder lopen dan ik’). Na zijn opleiding ging hij naar Sorong en daar begon het patrouille lopen in het Vogelkopgebied. Contacten met het thuisfront waren er per brief met zijn toenmalige verloofde (nu zijn vrouw). Een patrouillegroep bestond veelal uit ca 15 à 20 man onder leiding van een sergeant of luitenant. Twee Papoea’s dienden als gids van de patrouille, zij liepen op blote voeten. De patrouillegroep droeg speciale kleding tegen de, 0

Interview met dhr. J. Zwart door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).


De heer Johan Zwart is geboren in 1935 in Enschede. Als dienstplichtig marinier was hij in Nieuw Guinea. Hij was voor zijn militaire diensttijd verwarmingsmonteur en wilde graag bij de mariniers dienen. Hij is opgekomen in Doorn en heeft daar zijn opleiding gehad. Zijn vader was antimilitair en vond het maar niets dat zijn zoon in militaire dienst ging. Na zijn opleiding in 1957 ging hij (als laatste reserve van zijn peloton) naar Nieuw Guinea. Hij vertrok in november 1957 met het vliegtuig naar Rome, vandaar naar Caïro en na nog een paar tussenlandingen kwam hij aan in Biak. In totaal was het ca 23 uur vliegen. De vliegreis was een behoorlijk avontuur te meer omdat hij nog nooit had gevlogen.
De aankomst van Biak was overweldigend; de hitte was wel dragelijk. De eerste dag hebben we aan het strand gelegen en ze sliepen de eerste nachten in tenten. Na drie weken was Johan geacclimatiseerd en gewend aan de warmte.
In het instructieboekje stond was het doel van hun verblijf daar was, zoals bescherming bevolking en infiltratie voorkomen. Zeer beperkte voorlichting over geslachtsziekten.
Van Biak ging hij naar Manuquari, daar kreeg hij de tropenopleiding en zijn wapen. Veel oefenen (met mitrailleur schieten, schuttersputten graven, etc. Hij werd daar klaargestoomd voor het echte patrouillewerk. Nooit een infiltrant opgepakt, hoewel hij meerdere keren achter infiltranten heeft aangezeten (‘ze konden blijkbaar harder lopen dan ik’). Na zijn opleiding ging hij naar Sorong en daar begon het patrouille lopen in het Vogelkopgebied. Contacten met het thuisfront waren er per brief met zijn toenmalige verloofde (nu zijn vrouw). Een patrouillegroep bestond veelal uit ca 15 à 20 man onder leiding van een sergeant of luitenant. Twee Papoea’s dienden als gids van de patrouille, zij liepen op blote voeten. De patrouillegroep droeg speciale kleding tegen de muskieten.
De bush was bijna ondoordringbaar en drukkend warm. Van boven uit gezien was het net een bloemkoolveld. De mensen woonden in paalwoningen in kampongs. Onderweg kwamen ze soms plaatselijke bevolking tegen en eenmaal troffen ze ook een schooltje aan.
Eenmaal wilden de koelies, die de bagage droegen, niet verder omdat ze op voor hen vijandelijk gebied. Koelies kregen één gulden per dag, maar ze wisten niet wat ze met geld moesten doen. Bij tante Mack gingen Johan en zijn maten regelmatig eten.
In het najaar 1958 kreeg hij bericht dat hij weer naar huis mocht. Hij verzamelt een aantal souvenirs en allerlei schelpen die hij meeneemt naar huis. Via Japan en Stavanger vliegt hij naar Nederland. Hij komt aan op Schiphol en vervolgens met de taxi naar huis.

2010, 2010
{FB0F89C6-79C4-4D93-9274-F1F5AAC72F79}

{FB0F89C6-79C4-4D93-9274-F1F5AAC72F79}
Bekijk detail van "WONING - Dhr. W. Rolwes ;" Bekijk detail van "WONING - Dhr. W. Rolwes ;" Afbeelding

WONING - Dhr. W. Rolwes ;

Interview met dhr. Wim Rolwes door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). `
Wim Rolves vertelt het verhaal van zijn vader (en moeder) voor zover zich dat in Indonesië afspeelde.

Vader: Joop Rolwes 1 april 1926 - 8 december 1973
Moeder: Anneke Remeus 14 juli 1925 – 11 januari 1982


Vader

Vader heeft zijn jeugd doorgebracht in Zwolle...
2010, 2010
{E82CBF25-18E9-45A7-92A8-832175AB9DF1}

Afbeelding

WONING - Dhr. W. Rolwes ;

Interview met dhr. Wim Rolwes door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). `
Wim Rolves vertelt het verhaal van zijn vader (en moeder) voor zover zich dat in Indonesië afspeelde.

Vader: Joop Rolwes 1 april 1926 - 8 december 1973
Moeder: Anneke Remeus 14 juli 1925 – 11 januari 1982


Vader

Vader heeft zijn jeugd doorgebracht in Zwolle als zoon van Willem Rolwes en Johanna Kroonenberg en kleinzoon van Joseph Rolwes (de neije duzend, een markant stadsfiguur in Zwolle). Willem was handelaar in turf en kolen tot zijn overlijden in 1940, waarna zijn handel door de Duitsers in beslag werd genomen. Vader is katholiek gedoopt vanwege de materiele voordelen die dat vanuit de katholieke kerk bracht. Na afloop van de 2e Wereld oorlog moest Vader in militaire dienst. In 1946 werd hij opgeroepen. Hij was toen 20 jaar.
Na een periode in Zuid Laren te zijn gelegerd kreeg hij in het voorjaar van 1947 een oproep van het Ministerie van Defensie om naar Nederlands Indie te gaan om daar deel te nemen aan een oorlog tegen de Indonesiërs in hun strijd voor onafhankelijkheid. Vader was geen voorstander van deze koloniale oorlog, wilde daar dan ook niet aan meedoen, maar werd door de Militaire Politie in Zwolle van huis opgehaald en in Amsterdam op de boot gezet: de Johan van Oldenbarnevelt waarop hij met vele andere Indie-gangers naar Nederlands Indie werden vervoerd.
Na een reis van ongeveer een maand kwam Vader aan in Surabaja en werd hij gelegerd in Batavia bij het onderdeel Aan en Afvoertroepen onder sergeant Harkes. Hij werd daar chauffeur op een Weapon Carier ter bevoorrading van gevechts- en andere eenheden van het Nederlands leger (als soldaat, later soldaat 1e klas). Hij heeft voorzover ons bekend zelf geen gevechtshandelingen verricht.
In 1948 kreeg Vader tropeneczeem en werd hij opgenomen in het Tjikini hospitaal in Batavia.


Moeder

Moeder heeft haar jeugd doorgebracht in Bodja Semarang als dochter van Willem Remeus en Sopini. Willem had een Nederlandse vader, wiens familie oorspronkelijk uit Veere Zeeland kwam, en een Indonesische moeder. Hij had de gedeeltelijke leiding over een plantage waarvan de eigendom in Nederlandse handen lag. Willem had meerdere vrouwen, waaronder Sopini, waarbij hij kinderen had. Moeder had dan ook verschillende halfbroers en halfzusters.
Willem was mohammedaan, Moeder is katholiek opgevoed vanwege de materiele voordelen die de kerk in ruil hiervoor bood.
De geboortedatum van Moeder staat niet vast (13 juli 1925). Omdat Willem Remeus kinderen bij meerdere vrouwen had en volgens de Nederlandse wet polygamie verboden was moest er tussen de geboorte van de kinderen minimaal 9 maanden liggen en werden er wel eens onjuiste geboortedata opgegeven.
Moeder is vermoedelijk omstreeks 1944 verhuisd van Bodja naar Batavia om als verpleegster te gaan werken in het Tjikini hospitaal. Zij was toen ongeveer 18 jaar.


Verkeringsperiode

Tijdens de opname van Vader in 1948 in het ziekenhuis in Batavia hebben Vader en Moeder elkaar ontmoet, hij was soldaat en patiënt, zij was verpleegster. Hun verkeringsperiode speelde zich af tegen de achtergrond van een koloniale guerrillaoorlog en duurde ruim een jaar. Batavia was relatief veilig maar in de binnenlanden was dat niet het geval. Zij gingen regelmatig naar het strand (Vader had de bren mitrailleur dan bij zich), uit eten en naar de bioscoop, maar vanwege de oorlog was er vermoedelijk geen echt uitgangsleven. Uit de verhalen die Vader en Moeder uit die tijd hebben verteld hebben we van hun verkeringsperiode het beeld overgehouden dat er sprake was van een bijzondere liefdesrelatie. Indische vrouwen zagen vaak op tegen blanke mannen (tuan blanda), zo ook Moeder die helemaal weg was van Vader (een knappe grote blonde man). Vader was helemaal in de ban van Moeder (een mooie, exotische ingetogen vrouw). Haar rustige en bescheiden karakter paste goed bi
2010, 2010
{E82CBF25-18E9-45A7-92A8-832175AB9DF1}

{E82CBF25-18E9-45A7-92A8-832175AB9DF1}
Bekijk detail van "WONING - Dhr. Goossen ;" Bekijk detail van "WONING - Dhr. Goossen ;" Afbeelding

WONING - Dhr. Goossen ;

Interview met dhr. Johan Goossen door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). BB06632).

De heer Goossen is geboren in Almelo in 1928, heeft de middelbare schoolopleiding gedaan en was loonadministrateur bij een turfstrooiselfabriek in Vroomshoop. Hij ging als dienstplichtig soldaat in dienst werd geplaats bij de verbindingsdienst. In maart 1948 was hij opgekomen in...
2010, 2010
{A9C44A69-2465-4290-95E5-3CD2ECF62A16}

Afbeelding

WONING - Dhr. Goossen ;

Interview met dhr. Johan Goossen door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). BB06632).

De heer Goossen is geboren in Almelo in 1928, heeft de middelbare schoolopleiding gedaan en was loonadministrateur bij een turfstrooiselfabriek in Vroomshoop. Hij ging als dienstplichtig soldaat in dienst werd geplaats bij de verbindingsdienst. In maart 1948 was hij opgekomen in de kazerne in Assen. Na 5 maanden ging hij met de boot naar Indië. Hij kreeg een gedegen training voor hij naar Indië vertrok en wist dat het wel twee jaar zou kunnen duren. Uiteindelijk bleek het 22 maanden te worden. Voor hij vertrok naar Indië ging hij al zijn ooms en tantes vaarwel zeggen. Zo doende kreeg hij een leuk zakcentje mee, want iedereen gaf hem wel wat mee. Met de motor van zijn broer toerde hij zo door Oost-Nederland
Met de trein ging hij – onder begeleiding van de Militaire Politie - vanuit Assen naar Zwolle en vervolgens naar de haven in Amsterdam. Met het SS de Grote Beer ging hij - via Port Said en het Suezkanaal - voer hij naar Indië. Omdat de vaste bemanning onvoldoende was, draaide hij diensten als radiotelegrafist in de radiokamer van het schip. De eerste ankerplaats was op het eiland Sawang gelegen boven Sumatra. Daarna naar Batavia ( op Java ) en verder naar Samarang. Tijdens de zeereis kon hij zich alleen wassen met zout water; dat was erg onaangenaam omdat het zout plakte aan het lichaam.
Met een landingsvaartuig werden ze van de boot naar de vaste wal gebracht. Met trucks gingen daarna naar de kazerne en deed hij de eerste indrukken op van een geheel andere wereld. De kazerne lag in Boven-Samarang. Hij zocht direct contact met een neef van hem en met een jongen die ook uit Almelo kwam en daar al enige tijd waren, gelegen in een kazerne die daar vlakbij was.
Na een week in Samarang, mede om te wennen aan het klimaat, werd hij verplaatst naar het westen van Java. Hij werd ingedeeld bij een veldleger en had zijn wapen gekregen. Bij aankomst moest hij direct wacht lopen bij het logegebouw en vechten tegen de slaap. Het was er aardedonker.
Tijdens een andere wacht hoorde hij de gehele nacht geritsel in de bomen. Hij wist niet wat het was en bij het aanbreken van de dag bleek dat er een aap aan een ketting in de boom zat. Zijn eerste vuurcontact was tijdens een nachtelijke wachtdienst bij de officiersmess. Midden inde nacht werd hij beschoten door opstandelingen. Hij vuurde terug en kroop daarna onder de heg door om in veiligheid te komen. Op dat moment werd hij bijna door eigen vuur neergeschoten omdat de kok dacht dat er een opstandeling door heg kwam kruipen. De bataljonscommandant kon net op tijd ingrijpen.
Eén van zijn taken was gesaboteerde verbindingskabels te herstellen. Iedere dag ging een kabelploeg op weg naar de plek waar kabels waren gesaboteerd. Men trok dan de bushbush in en repareerde de kabels. Vaak was dat in gevaarlijk gebied. Als deelnemer aan de kabelploeg heeft hij echter nooit tegenstand ondervonden. Het was alsof er een engel op je schouder zat, aldus de het Goossen. Er is nooit enig vuurcontact geweest.
Het grootste gevaar voor troepenverplaatsingen en patrouilles was de trekbom (vergelijkbaar met de latere bermbom) die in hinderlagen waren geplaatst. Hij had gehoopt bij de tweede politionele actie meer ingezet te worden maar dat was niet het geval.
Hij had naast zijn wapen altijd twee handgranaten op zak. Ook ’s nachts was het wapen altijd binnen handbereik en ging mee onder de klamboe. De handgranaten werden dan uit veiligheidsoverwegingen gedemonteerd.
Op een vrije dag wordt hij in een tram in Batavia door een zakkenroller overvallen. Hij grijpt de dader bij zijn keel en brengt hem naar het dichtstbijzijnde politiebureau en daar wordt proces-verbaal opgemaakt.
Tijdens de overdracht was hij ziek (een soort dysenterie) en lag hij van november 1949 tot februari 1950 in het hospitaal in Semarang. Men kon eerst niet achterhalen wat er aa
2010, 2010
{A9C44A69-2465-4290-95E5-3CD2ECF62A16}

{A9C44A69-2465-4290-95E5-3CD2ECF62A16}
Bekijk detail van "Interview met dhr. H.B. van der Belt door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). <br/><br/>De heer van de Belt ging als dienstplichtig militair in dienst. Hij ging met de boot naar <span class="highlight">Indonesië</span>, velen waren zeeziek. Hij kwam in 1948 aan op Midden Java in Samarang, tijdens de tweede politionele actie. Hij diende bij 403e bataljon Infanterie.<br/><br/>De heer van de Belt is uitermate slecht verstaanbaar en daarom is er geen  samenvatting te maken van het interview. Bovendien is er geen verslag beschikbaar van dit interview.<br/><br/>, 00-00-2009" Bekijk detail van "Interview met dhr. H.B. van der Belt door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). <br/><br/>De heer van de Belt ging als dienstplichtig militair in dienst. Hij ging met de boot naar <span class="highlight">Indonesië</span>, velen waren zeeziek. Hij kwam in 1948 aan op Midden Java in Samarang, tijdens de tweede politionele actie. Hij diende bij 403e bataljon Infanterie.<br/><br/>De heer van de Belt is uitermate slecht verstaanbaar en daarom is er geen samenvatting te maken van het interview. Bovendien is er geen verslag beschikbaar van dit interview.<br/><br/>, 00-00-2009" Afbeelding

Interview met dhr. H.B. van der Belt door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

De heer van de Belt ging als dienstplichtig militair in dienst. Hij ging met de boot naar Indonesië, velen waren zeeziek. Hij kwam in 1948 aan op Midden Java in Samarang, tijdens de tweede politionele actie. Hij diende bij 403e bataljon Infanterie.

De heer van de Belt is uitermate slecht verstaanbaar en daarom is er geen samenvatting te maken van het interview. Bovendien is er geen verslag beschikbaar van dit interview.

, 00-00-2009

Interview met dhr. H.B. van der Belt door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

De heer van de Belt ging als dienstplichtig militair in dienst. Hij ging met de boot naar Indonesië, velen waren zeeziek. Hij kwam in 1948 aan op Midden Java in Samarang, tijdens de tweede politionele actie. Hij diende bij 403e bataljon Infanterie.

De heer van de Belt is uit...
2009, 2009
{43FCBAD1-D742-42A1-BC99-9CA6764C5726}

Afbeelding

Interview met dhr. H.B. van der Belt door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

De heer van de Belt ging als dienstplichtig militair in dienst. Hij ging met de boot naar Indonesië, velen waren zeeziek. Hij kwam in 1948 aan op Midden Java in Samarang, tijdens de tweede politionele actie. Hij diende bij 403e bataljon Infanterie.

De heer van de Belt is uitermate slecht verstaanbaar en daarom is er geen samenvatting te maken van het interview. Bovendien is er geen verslag beschikbaar van dit interview.

, 00-00-2009

Interview met dhr. H.B. van der Belt door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

De heer van de Belt ging als dienstplichtig militair in dienst. Hij ging met de boot naar Indonesië, velen waren zeeziek. Hij kwam in 1948 aan op Midden Java in Samarang, tijdens de tweede politionele actie. Hij diende bij 403e bataljon Infanterie.

De heer van de Belt is uitermate slecht verstaanbaar en daarom is er geen samenvatting te maken van het interview. Bovendien is er geen verslag beschikbaar van dit interview.


2009, 2009
{43FCBAD1-D742-42A1-BC99-9CA6764C5726}

{43FCBAD1-D742-42A1-BC99-9CA6764C5726}
Bekijk detail van "WONING - Dhr. G. van der Brug ;" Bekijk detail van "WONING - Dhr. G. van der Brug ;" Afbeelding

WONING - Dhr. G. van der Brug ;

Interview met dhr. G. van der Brug door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Verhaal van: Gerrit van de Brug – Zwolle
Stoker 3e klas aanvankelijk Mijnenveegdienst op de mijnenveger de “Westerschelde” vegend op de Noordzee.
Later v.a. 1948 Ned.-Indië.
Geboren 07-04-1928 in de binnenstad van Zwolle.

Gerrit werkt voor hij wordt opgeroepen voor zij...
2009, 2009
{A152D5D2-6581-444E-912D-7A3D6252FFD3}

Afbeelding

WONING - Dhr. G. van der Brug ;

Interview met dhr. G. van der Brug door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Verhaal van: Gerrit van de Brug – Zwolle
Stoker 3e klas aanvankelijk Mijnenveegdienst op de mijnenveger de “Westerschelde” vegend op de Noordzee.
Later v.a. 1948 Ned.-Indië.
Geboren 07-04-1928 in de binnenstad van Zwolle.

Gerrit werkt voor hij wordt opgeroepen voor zijn dienstplicht bij de NS. Hij is hulpbankwerker in de werkplaats en blij met de oproep voor militaire dienst. Hij had al wel zijn diploma van de Machinistenschool. Zijn voorkeur gaat uit naar de Marine..
En volgt ook bij de Marine weer een technische opleiding en wordt ingezet op de Westerschelde als stoker III, bij de Mijnenveegdienst
Zijn moeder heeft een goede opleiding genoten en kan voor de klas als lerares, ze is van kerkelijke huize. Gerrits vader is goed ontwikkeld, maar heeft geen verdere schoolopleiding gevolgd. Hij is echter wel breed geïnteresseerd en heeft een grote belangstelling voor de sociale stromingen binnen de maatschappij.
Later heeft hij veel invloed op de sociale vorming van Gerrit en zijn politieke interesses en loopbaan.
Een zuster van Gerrit waar hij samen mee opgroeide is inmiddels overleden, samen komen ze uit een gezin van totaal vijf kinderen. De eerste kennismakingsdagen met de zee kenmerkten zich door een behoorlijke zeeziekte. Daarna echter gaat het goed. Het is een gevaarlijke opdracht die de mijnenvegers moeten uitvoeren. Zeker in die tijd liggen er overal veel zeemijnen, juist op de vaarroutes. De drijvende verankerde zeemijnen worden losgesneden met een zgn. mes dat achter de veger wordt meegesleept en zo de kabels moet doortrekken waarmee de mijn is verankerd. Daarna worden deze naar de wal gesleept om te worden gedemonteerd.Met apparatuur, dat achter het schip hangt, worden de akoestische en trillings- mijnen tot ontploffing gebracht.

In Antwerpen koopt hij Lucky Strike en Camel sigaretten en nylons die in N niet te krijgen zijn en verkoopt die als hij met verlof naar huis in Zwolle mag, in Amsterdam op de Wallen. Zijn vrouw ontvangt elke zaterdag op het stadhuis tien gulden per week voor haar en hun kind.
Na verloop van tijd, als hij verlof heeft, krijgt hij een oproep om zich te melden hij zal naar Indië worden gestuurd. Hij krijgt zijn inentingen en verder wat informatie.
Bij de inscheping op de Grote Beer, die vanuit Amsterdam zal vertrekken, zit zijn gezin en familieleden op een bootje op het IJ om hem uit te zwaaien, maar hij ziet ze niet en hoort daar pas later van.Gerrit is dan al getrouwd en heeft 1 dochtertje.

Hij weet eigenlijk dan maar heel weinig van Indië en heeft geen idee wat hem te wachten staat.Zijn vader heeft dan al wel een mening over de koloniën, de koloniale heersers.
Hij heeft geen idee dat het daar om een vrijheidsstrijd gaat voor onafhankelijkheid.
Nu, achteraf zegt hij dat hij met zijn huidige mening had moeten weigeren.
Maar ook zegt Gerrit dat hij geen spijt heeft van die periode en veel heeft geleerd.
Ook zegt hij dat hij toen hij een keer terug was in Indië, hij op de begraafplaats van de Indonesische verzetsstrijders zijn verontschuldigingen heeft aangeboden.

De eerste herinneringen aan Indië zijn die van een actie waarbij hij moet wachtlopen. Ze zijn gestationeerd in Soerabaja, het is december 1948.
Vooraf aan de tweede politionele actie, gewoon een koloniale oorlog, hebben de militairen een bijeenkomst, er wordt een stichtelijk woord gesproken, er wordt gezamenlijk gebeden en zingen “Wat de toekomst brenge moge, mij geleid des Heren hand” en ze krijgen een vrijbrief om te doden.
Hij heeft geen enkele tropische ervaring en is totaal onvoorbereid.
Gerrit moet dus op wacht op een opslagplaats van militair materieel, gelegen bij een kali. Het is aardedonker en hij heeft doodsangsten. Overal zijn geluiden, maar wat voor geluiden. In zijn angst loopt hij eerst maar wat heen en weer, en
2009, 2009
{A152D5D2-6581-444E-912D-7A3D6252FFD3}

{A152D5D2-6581-444E-912D-7A3D6252FFD3}
Bekijk detail van "WONING - Dhr. H. Borst ;" Bekijk detail van "WONING - Dhr. H. Borst ;" Afbeelding

WONING - Dhr. H. Borst ;

Interview met dhr. Hendrik Borst uit Hattem door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

Hendrik Borst; geboren 14-10-1925

Sld. 1e kl. K.L. Regiment Infanterie

Radiotelegrafist.



Voor Henk in dienst gaat werkt hij op een drukkerij in Hattem, later gaat hij werken bij Tijl in Zwolle.

Maar dan wordt hij opgeroepen voor de...
2009, 2009
{95A1702C-F8E2-43FB-AAB2-FFF51C000EF1}

Afbeelding

WONING - Dhr. H. Borst ;

Interview met dhr. Hendrik Borst uit Hattem door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

Hendrik Borst; geboren 14-10-1925

Sld. 1e kl. K.L. Regiment Infanterie

Radiotelegrafist.



Voor Henk in dienst gaat werkt hij op een drukkerij in Hattem, later gaat hij werken bij Tijl in Zwolle.

Maar dan wordt hij opgeroepen voor de dienstplicht en komt op in Steenwijk. Daar wordt hij opgeleid voor Radiotelegrafist.

In 1946 moet hij naar Ned. Indië en gaat met de Tegelberg naar Batavia.

Over de reis is Henk kort, het was wel een leuke reis die kalm verliep. Weinig mensen zeeziek, maat het eten was slecht. Je kreeg ’s morgens zoute vis bij het brood.

Ze slapen in grote ruimen in hangmatten. Volgens Henk lag zijn plunjezak onder de hangmat, hij kan zich niets herinneren van kasten o.i.d. Er waren wel tafels met banken.

In Suez wordt kolen gebunkerd en water. Daarna op Sabang weer, hier zijn nog Japanse krijgsgevangenen. Ze gaan door straat Soenda, Henk ziet hier de Krakatow de vulkaan waar hij wel over gelezen heeft.

Ze komen op Tandjong Priok aan op 29 oktober 1946.

31 okt. Ingekwartierd in Tanahabang bij het Koningsplein.

13 november, ze verhuizen naar Tangerang, een kampong buiten Batavia.

3 december, naar kampong Melajoe, samen met maatje Van Bergen het radiocontact verzorgen.

De telefoonverbinding gaat met kilometers draden die vaak worden gesaboteerd, maar is noodzakelijk omdat de radioverbinding vaak moeilijk tot stand komt en vaak uitvalt. Henk kan zich herinneren dat ook veel met Morse wordt overgeseind.

12 februari 1947 naar Selapadjang. Dit is een kleine kampong. Transporten met bevoorrading worden vaak gesaboteerd met trekbommen, bomen die over de weg worden gelegd en gaten die in het wegdek worden gegraven.

De hindernissen hebben tot doel om het transport stil te leggen, de terroristen die in makkelijker doelwit.

Henk herinnert zich dat ze in diverse soorten onderkomens hebben gezeten. Soms in nishutten, opgezet door de Genie, maar ook wel in bestaande en verlaten woningen, scholen of andere gebouwen. Ze slapen op hun tampatjes, opvouwbare veldbedden die op kleine pootjes een eindje van de grond staan. Ze hebben nog wel eens last van termieten of kleine miertjes.

Henk moet ook patrouillelopen, dat gebeurt met kleine groepjes die de rust en de veiligheid in de kampongs moet terugbrengen. Vaak verloopt dit rustig en is de bevolking blij ze te zien. Maar het gebeurt ook vaak dat ze daarbij in een hinderlaag lopen. Twee maal wordt de sergeant van de patrouille neergeschoten. Ook wordt een atappen hut onverwacht doorzeefd met kogels. De jongens van de wacht die daar liggen te slapen overleven het geen van allen.



Nu volgt fragment 1 uit het dagboek van Henk Borst

Fragment 1 uit dagboek



Donderdag 19 febr. Vandaag met een nacht patrouille weggeweest. Eerst met een auto naar kali Mattie, daar in twee gedeelten overgezet met een bootje en toen maar lopen. Om 24 uur waren we aan de overzijde. Mijn geweer zat al onder modder, want ik had al tot mijn knieën in de modder gestaan, tijdens het omhoog trekken van de boot, die de volgende ochtend bij terug keer toch nog weg was.

Eerst ging het daarna door struikgewas, lang bomen, over een brugje en de sawa door. Steeds over smalle glibberige sawa dijkjes. Ze zijn zo smal dat ik er vaak niet op kon blijven en ben er dan ook wel honderd keer naast gevallen of er naast gelopen, soms op handen en voeten. Ik zweette als een otter, van de inspanning en het ging maar door. Op een plaats, dicht bij huisjes, moest een brug zijn, die was er niet, maar we vonden hem toch, we waren alleen 10 meter te ver. Het was ook stikdonker en het brugje erg smal, alleen maar een paar bamboestaken. Bij het huisje zagen we steeds een lichtje, wat voor enige spanning zorgde
2009, 2009
{95A1702C-F8E2-43FB-AAB2-FFF51C000EF1}

{95A1702C-F8E2-43FB-AAB2-FFF51C000EF1}
Bekijk detail van "WONING - Dhr. Habekotté, deel 1 ;" Bekijk detail van "WONING - Dhr. Habekotté, deel 1 ;" Afbeelding

WONING - Dhr. Habekotté, deel 1 ;

Eerste deel van een interview met dhr. Habe Kotté door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

Verhaal van : A. (Albertus) Habe Kotté uit Kampen

Geboren: 23 – 12 – 1928

Dienstpl. soldaat Landmacht

Aanvullingspeloton 13 – 06 – 1949. West- en Midden Java.



Voor zijn dienstplicht werkt A. als assistent bij de Landbouwvoorl...
2009, 2009
{1BEAE05B-E730-4792-AD03-2C753603A75D}

Afbeelding

WONING - Dhr. Habekotté, deel 1 ;

Eerste deel van een interview met dhr. Habe Kotté door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).

Verhaal van : A. (Albertus) Habe Kotté uit Kampen

Geboren: 23 – 12 – 1928

Dienstpl. soldaat Landmacht

Aanvullingspeloton 13 – 06 – 1949. West- en Midden Java.



Voor zijn dienstplicht werkt A. als assistent bij de Landbouwvoorlichtingsdienst waar hij het goed naar de zin heeft. Aanvankelijk heeft hij uitstel voor militaire dienst gekregen i.v.m. studie aan de Middelbare Landbouwschool in Meppel.

Hij wordt echter opgeroepen voor zijn dienst en komt op in september 1948 bij het 2e reg. pantserdoel artillerie. Hij volgt samen met anderen in Wezep voor deze artillerie een opleidingsperiode voor het rijbewijs drietonners.

Om ze te kunnen verplichten tot dienst in het voormalig Ned. Indië slaagde bijna niemand voor dit rijbewijs.

Ze worden dan ook ingedeeld bij aanvullingstroepen die met de Waterman vertrekken van Rotterdam op 13 juli 1949 naar Indië, in hun militaire gegevens staat dat er een opleiding voor chauffeur was gegeven.

De aanvullingstroepen zullen op diverse plaatsen de plek moeten innemen van mensen die (soms na 3 jaar) eindelijk thuis mogen varen. De Nederlandse regering heeft dan ook nog niet (ondanks de zeer grote buitenlandse druk) kunnen besluiten tot overdracht van ONS Indië.

Na Batavia, Semarang worden ze gestationeerd op Midden-Java, Soerakarta, Pati en later weer Semarang en daarna weer Batavia het kamp van de aanvullingsplaats voor levensmiddelen, hout, kazernering e.d.ongeveer tegenover de Mr. Cornelis-kazerne aan de Berenlaan.



Bij vertrek uit Nederland worden de nieuwe troepen toegesproken door een luitenant-kolonel, die onder andere zegt dat ze niet altijd alles hoeven aan te nemen.

A onthoud met name dat deel van de toespraak en als hij dan ook in Soerakarta wordt ingedeeld als chauffeur weigert hij, wa deze uitspraak en het feit dat ze geen rijbewijs hebben gekregen in Nederland.

Verder had men hun vergeten een wapen te geven, dat kregen ze pas in Soerakarta.



De aanpassing aan de tropen is vrijwel ongemerkt verlopen, ook al omdat ze 23 dagen onderweg zijn en geleidelijk hebben kunnen wennen. Hij viert zijn 21e verjaardag in de tropen.

Ze gaan eerst naar het doorgangskamp Makassan bij Batavia en vandaar met de trein naar Semarang waar ze in een oud bankgebouw worden gestationeerd. Ze zijn daar blij met de nieuwe chauffeurs, maar A houd ook hier zijn poot stijf, hij is geen chauffeur. Ook de toezegging dat dat hier in Indië helemaal geen bezwaar is dat je geen rijbewijs hebt, werkt niet. De motivatie is, in Nederland geen rijbewijs toegekend, dan in Indië ook geen chauffeur.

Ze zijn nu nog maar met zijn tweeën, omdat de rest van het peloton geleidelijk op diverse plekken mensen hebben vervangen. Ze worden nu op transport gesteld met een konvooi naar Djokja en Soerakarta en treffen daar een stadgenoot, ook een Kamper jongen. Die zegt dat ze wel met hem in de wagen kunnen meerijden, maar ze moeten zich eerst melden bij de konvooi commandant. Als ze dan in de 3-tonner klimmen klinkt van alle kanten: Hé, jongens, waar is jullie geweer???

Er wordt smakelijk gelachen als ze vertellen dat ze dat helemaal nog niet hebben.

Het konvooi staat diverse keren stil, waarschijnlijk trekbommen en beschietingen. Omdat ze in de middengroep zitten hebben ze daar niet veel van gemerkt.

Het is al na de 2e Politionele Actie als ze naar Soerakarta (Solo) gaan, daar ziet A afgebrande gebouwen, kale afgebrande vlaktes, ruïnes. Hij gaat nu daadwerkelijk ingezet worden en iemand vervangen die naar huis mag. Ze krijgen nu eindelijk ook hun wapen.

Ze gaan naar het 1e en 2e Verzorgingspeloton en komen in een villawijk die bewoond wordt door Nederlandse militairen, hier worden ze gestationeerd.

Hier in dez
2009, 2009
{1BEAE05B-E730-4792-AD03-2C753603A75D}

{1BEAE05B-E730-4792-AD03-2C753603A75D}
Bekijk detail van "WONING - Ab Oost, deel 1 ;" Bekijk detail van "WONING - Ab Oost, deel 1 ;" Afbeelding

WONING - Ab Oost, deel 1 ;

Eerste deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Verhaal van: Ab Oost – Zwolle
Geboren: 02-04-1927 te Scheveningen
In Ned. Indië pel. Sergeant
Landmacht – Tijgerbrigade

Ab’s verhaal begint in de oorlogsperiode in 1942. Hij loopt dan, in afwachting op zijn toelating tot de Landbouwschool in Meppel, stage bij een...
2009, 2009
{6592A053-7E59-4EF0-8770-FA0C3D687F7F}

Afbeelding

WONING - Ab Oost, deel 1 ;

Eerste deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Verhaal van: Ab Oost – Zwolle
Geboren: 02-04-1927 te Scheveningen
In Ned. Indië pel. Sergeant
Landmacht – Tijgerbrigade

Ab’s verhaal begint in de oorlogsperiode in 1942. Hij loopt dan, in afwachting op zijn toelating tot de Landbouwschool in Meppel, stage bij een boer in Giethoorn.
Hij moet daar ’s morgens als eerste eruit om de dieren te verzorgen en dan pas de boer wekken, en als laatste in bed nadat ook dan de dieren verzorgd zijn. Maar Ab heeft het reuze naar zijn zin.
Thuis hebben ze het krap, in 1942 al is er in het westen van alles niet te veel. Hij herinnert zich dat hij met Pasen, samen met zijn broer, vanuit Scheveningen op de fiets richting Harderwijk ging om vlees te halen.
Hij weet ook nog van een luchtgevecht boven Giethoorn en Steenwijk.
Het is 15 augustus 1944, de roggeoogst, hij is na de middagpauze bezig het paard uit de wei te halen, en hoort boven zich het gedreun van colonnes vliegtuigen die terug komen van bombardementen op steden in Duitsland.
Plotseling duiken er Duitse jagers op tussen de colonnes en er ontstaat een hevig vuurgevecht.
Een stuk of twaalf vliegtuigen gaan neer. Parachutes openen zich en een parachutist komt vlakbij het huis in het aardappelveld terecht. Voor hij neerkomt ziet Ab dat hij zijn helm van zich af gooit.
De vrouw van de boer is zwanger en ligt te bed. Ab rent naar binnen om haar te waarschuwen dat er geschoten wordt en, ter geruststelling, als er wat gebeurt, brand of zo hij haar er uit zal halen.
De bedoeling is om de parachutist voor de Duitsers te verbergen in de eendenkooi, maar als ze daar arriveren staat de Nederlandse Landwacht ze al op te wachten.
De helm wordt later door Ab opgepikt en als souvenir verstopt.
Zijn neef is in de N.O.Polder ondergedoken.
Op 15 november 1944 worden grote aantallen onderduikers uit de polder gehaa gesteld in Duitsland. Ook de neef van Ab wordt opgepakt, hijzelf heeft vrijstelling i.v.m. zijn werk als landarbeider en boerenknecht.
De opgepakte onderduikers lopen in lange colonnes via de Kadoelen en Zwartsluis naar Meppel waar ze op de trein naar Duitsland zullen worden gezet.
In Zwartsluis staan mensen in de deuropening te kijken naar de vreemde optocht die door de straten trekt. Er staat ook een wat ouder vrouwtje in de deuropening en de neef duikt zo achter haar langs de gang in. Ze vertrekt geen spier, maar posteert zich nog wat breder in de deuropening en via de achtertuin ontsnapt de neef aan de tewerkstelling in Duitsland.

1945-1947
I.v.m. zijn school in Meppel is Ab in huis bij zijn grootouders in Hasseltl.
Dat is ook de reden dat hij eind 1946 in Meppel wordt opgeroepen voor de keuring. Hij gaat dan 5 juni 1947 in dienst, en komt op in Assen.
Hij weet dan al dat ze allemaal voor Ned. Indië zullen worden opgeroepen en in oktober is hij dan met inschepingverlof in afwachting op zijn uitzending.
Doordat hij op de lagere school in Den Haag veel met kinderen uit Indië heeft gespeeld weet Ab al wel wat over die bestemming en is er ook nieuwsgierig naar. Ook de vader van een vriendje die op de Kota Inten als eerste machinist vaart heeft veel te vertellen over Indië.
Voorlopig gaat de uitzending echter niet door, want hij krijgt een oproep om zich te melden in Harderwijk voor een kaderopleiding als onderofficier.
Hij maakt daar dan ook die opleiding af en gaat dan pas met de lichting juli ’48 naar Indië.
Bij het inschrijven staat een jongen uit Nieuwleusen achter Ab en hij hoort de sergeant hem naar zijn naam vragen. De jongen die alleen maar plat praat noemt zijn naam, maar de sergeant kan hem onmogelijk verstaan, dus treedt hij maar op als vertaler.
Later krijgt dezelfde persoon ook een brits onder die van Ab en dan blijkt dat deze vent nog nooit verder dan 10 km van zijn dorp is geweest. Als ze over de spoorb
2009, 2009
{6592A053-7E59-4EF0-8770-FA0C3D687F7F}

{6592A053-7E59-4EF0-8770-FA0C3D687F7F}
Bekijk detail van "Tweede deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). <br/>Het eerste deel van dit interview is opgenomen op BB06599. <br/>Voor de beschrijving van dit tweede deel:  zie BB 6599, 00-00-2009" Bekijk detail van "Tweede deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING). <br/>Het eerste deel van dit interview is opgenomen op BB06599. <br/>Voor de beschrijving van dit tweede deel: zie BB 6599, 00-00-2009" Afbeelding

Tweede deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Het eerste deel van dit interview is opgenomen op BB06599.
Voor de beschrijving van dit tweede deel: zie BB 6599, 00-00-2009

Tweede deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Het eerste deel van dit interview is opgenomen op BB06599.
Voor de beschrijving van dit tweede deel: zie BB 6599
2009, 2009
{0D6257AC-24DA-450C-805E-EE1394880113}

Afbeelding

Tweede deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Het eerste deel van dit interview is opgenomen op BB06599.
Voor de beschrijving van dit tweede deel: zie BB 6599, 00-00-2009

Tweede deel van een interview met Ab Oost door de Werkgroep Overijssel Nederlands-Indië Nieuw Guinea (WONING).
Het eerste deel van dit interview is opgenomen op BB06599.
Voor de beschrijving van dit tweede deel: zie BB 6599
2009, 2009
{0D6257AC-24DA-450C-805E-EE1394880113}

{0D6257AC-24DA-450C-805E-EE1394880113}
Bekijk detail van "Onze troepen in <span class="highlight">Indonesië</span> ;" Bekijk detail van "Onze troepen in <span class="highlight">Indonesië</span> ;" Afbeelding

Onze troepen in Indonesië ;

Een filmstrook met foto's rondom het wel en wee van de Nederlandse troepen in Indonesië, bedoeld voor het onderwijs.
{52F5D672-5FC5-4C76-B328-3614CC17EEA2}

Afbeelding

Onze troepen in Indonesië ;

Een filmstrook met foto's rondom het wel en wee van de Nederlandse troepen in Indonesië, bedoeld voor het onderwijs.
{52F5D672-5FC5-4C76-B328-3614CC17EEA2}

{52F5D672-5FC5-4C76-B328-3614CC17EEA2}
Bekijk detail van "Deze DVD geeft een beeld van de periode die voor Molukkers erg ingrijpend is geweest. Het begint met de aanval van de Japanners van Indonesié en de onderdukking door deJ apanners.<br/><br/>Verder aandacht voor de dekolonisatiestrijd in <span class="highlight">Indonesië</span>, de uitroeping van de RMS en de afwikkeling van het Koninklijk Nederlands Indisch leger., 00-00-1941 - 00-00-1995" Bekijk detail van "Deze DVD geeft een beeld van de periode die voor Molukkers erg ingrijpend is geweest. Het begint met de aanval van de Japanners van Indonesié en de onderdukking door deJ apanners.<br/><br/>Verder aandacht voor de dekolonisatiestrijd in <span class="highlight">Indonesië</span>, de uitroeping van de RMS en de afwikkeling van het Koninklijk Nederlands Indisch leger., 00-00-1941 - 00-00-1995" Afbeelding

Deze DVD geeft een beeld van de periode die voor Molukkers erg ingrijpend is geweest. Het begint met de aanval van de Japanners van Indonesié en de onderdukking door deJ apanners.

Verder aandacht voor de dekolonisatiestrijd in Indonesië, de uitroeping van de RMS en de afwikkeling van het Koninklijk Nederlands Indisch leger., 00-00-1941 - 00-00-1995

Deze DVD geeft een beeld van de periode die voor Molukkers erg ingrijpend is geweest. Het begint met de aanval van de Japanners van Indonesié en de onderdukking door deJ apanners.

Verder aandacht voor de dekolonisatiestrijd in Indonesië, de uitroeping van de RMS en de afwikkeling van het Koninklijk Nederlands Indisch leger.
, 1941-1995
{34CD04A7-1280-41B6-A305-DFB78CD37367}

Afbeelding

Deze DVD geeft een beeld van de periode die voor Molukkers erg ingrijpend is geweest. Het begint met de aanval van de Japanners van Indonesié en de onderdukking door deJ apanners.

Verder aandacht voor de dekolonisatiestrijd in Indonesië, de uitroeping van de RMS en de afwikkeling van het Koninklijk Nederlands Indisch leger., 00-00-1941 - 00-00-1995

Deze DVD geeft een beeld van de periode die voor Molukkers erg ingrijpend is geweest. Het begint met de aanval van de Japanners van Indonesié en de onderdukking door deJ apanners.

Verder aandacht voor de dekolonisatiestrijd in Indonesië, de uitroeping van de RMS en de afwikkeling van het Koninklijk Nederlands Indisch leger.
, 1941-1995
{34CD04A7-1280-41B6-A305-DFB78CD37367}

{34CD04A7-1280-41B6-A305-DFB78CD37367}
Vorige pagina1pagina 3pagina 4pagina 5pagina 6pagina 7pagina 8pagina 603Volgende pagina
Sluit popup voor filter "Naam collectie"

Naam collectie (26 filters)

Sluit popup voor filter "Soort collectie"

Soort collectie (7 filters)

Sluit popup voor filter "Naam deelnemer"

Naam deelnemer (24 filters)

Sluit popup voor filter "Periodes"

Periodes (37 filters)