image/svg+xml

Jan Maat: 'De KI wilde niks te maken hebben met die Holsteins'

Verhaal

Jan Maat: 'De KI wilde niks te maken hebben met die Holsteins'

Plaatje bij verhaal: jan_maat_met_gefokte_holsteiner_0.jpg

'Ik zat hier met tien jonge boeren van allemaal dezelfde leeftijd in een veeteeltstudiegroepje. We kwamen één keer in de veertien dagen bij elkaar en als dan iemand had gezien of gehoord dat er een nieuw staltype was, gingen we daar met z’n allen eens kijken. Zo zijn we ook aan de Holsteins begonnen. Tot die tijd had je hier allemaal het Friese Zwartbonte vee. Dat waren beste koeien. Friesland en Noord-Holland exporteerden verschrikkelijk veel vee. Er waren mensen uit Frankrijk, Duitsland of België die betaalden wel 50.000 gulden voor een goede stier. Dus iedereen dacht dat wij de beste koeien hadden. De mensen waren er ook heel tevreden mee. Maar toen hoorden wij dat in Finland en in Amerika de melkproductie hoger lag dan in Nederland. En toen zijn we eens gaan kijken in Duitsland bij een proefboerderij die met die Holsteins bezig was. Die koeien hadden betere uiers en gaven beduidend meer melk. Ze hadden dan wel wat minder bespiering, maar het ging uiteindelijk om de melk die je afleverde. Die Friese Zwartbonte koe was eigenlijk een echte dubbelkoe, net als de MRIJ-koe, de Lakenvelder of de Blaarkop. Hij gaf melk, met goed vet, en als je hem naar de slager bracht had hij ook nog waarde. Maar de Holstein geeft 4000 liter melk méér dan de ouderwetse Friese Zwartbonten. En als je dat dan in geld gaat uitzetten, dan levert die Holstein toch meer op.

We kochten toen wat sperma en dat kruiste ik met de koeien die ik al had. Ze waren dus niet 100 procent raszuiver. Eerst had je 50 procent, maar daarna wordt het 75, 87 en zo verder. Iedereen verklaarde ons eigenlijk voor gek toen we die zwartbonte koeien gingen kruisen met die Holsteins. Maar toen bleek dat de eerste kalveren die er kwamen, hele goede kalveren waren. Vonden wij. Alleen de KI-vereniging, het stamboek en de voorlichtingsdienst moesten er niks van hebben. Want ja, wij hadden toch zulke goede koeien in Nederland! Ik weet nog dat een inspecteur van het stamboek hier kwam. Toen hadden we nog die grupstal en stonden hier achter nog een paar van die kalverboxjes. Ik had net drie vaarskalveren, de eersten met 50 procent van een Amerikaanse stier. Ik zei tegen die inspecteur of hij die kalveren wilde bekijken, want ieder jaar wilde hij graag weten welke stier ik gebruikte voor de fokkerij. Toen antwoordde hij van nee, die wou hij niet zien want hij was hier niet gekomen om kalveren te kijken, maar gewoon om koeien te keuren. Dus ja zo zonder te kijken, zo’n afstand namen ze toen. We zijn ook een keer met twintig boeren hier uit het gebied met een bus geweest naar een boerderij in Hannover of Osnabrück. We hadden toen een keurmeester van het stamboek gevraagd, die woonde in Ens in de Noordoostpolder, of hij ook mee wilde. Het was op een zaterdag. Hij had toen vrij en ging ook mee. Dat vond hij leuk en ik vond dat ook verschrikkelijk leuk, want ja dan had je toch iemand. Hij zei ook van er zitten toch wel goede uiers onder. En hij was ook wel kritisch van daar moet je op letten. Dat is allemaal correct. Drie weken later kwamen we als groep weer bij elkaar in een café bij Witte Paarden op Steenwijkerwold en toen hebben we die keurmeester gevraagd of hij dan zijn ideeën over wat hij had gezien wilde vertellen. Nou dat wou hij wel doen. Maar een week daarna kregen we bericht dat hij niet mocht komen van het stamboek. Ze wilden niks te maken hebben met die Holsteins.

We hebben daarna bij mij een keer een bijeenkomst gehad met een jonge boer uit Friesland, iemand van een KI-vereniging in Zuidwest-Nederland en nog een paar mensen, en toen hebben we de veeteeltstudievereniging Noord-Amerikaanse Zwartbonten opgericht. Niet om tegen de KI of tegen het stamboek te werken, maar gewoon om zelf iets te doen. Het liefst naast, of met die anderen samen. Ik ben vijftien jaar lang secretaris van die club geweest. Er waren toen ook in Friesland en Noord-Holland her en der wat oudere boeren die ook goede Friese koeien hadden en beslist niet aan de Holsteins wilden. Die hebben toen ook een club opgericht, de fokkersgroep Fries Stamboekvee, ik noem maar wat. Die wilden die Friese Zwartbonten echt zuiver Fries houden. Ik denk dat er nu nog maar een paar zijn in Friesland.'

Trefwoorden:Melkvee, Fokkerij, Bedrijf, Project Streekcultuur
Periode:1970-2000
Locatie:Giethoorn
Thema's:Melkvee, Fokkerij

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.