image/svg+xml

Dine Willemink: 'Mijn moeder kookte nog boven een open haardvuur'

Verhaal

Dine Willemink: 'Mijn moeder kookte nog boven een open haardvuur'

Plaatje bij verhaal: pa_en_ma_bronsvoort_ma_droeg_levenlang_klederdracht.jpg

'Maandag was wasdag en dat is het nog altijd. Ik heb afgelopen maandag ook nog gewassen. Als het even kon probeerde je de was van een hele week weg te werken. Mijn ouders hadden al wel een wasmachine. Je moest nog wel zelf draaien. Het water moest heet gemaakt worden in de kookpot. Als het mooi weer was, moest de was op de bleek gelegd worden. Dinsdags moest dat afgewerkt worden met zeepsop, weer uitgespoeld en gedroogd worden. Dat hebben mijn zussen nog wel gedaan, maar ikzelf niet meer. Hier op de boerderij was er ook al een wasmachine. Die liep op een dieselmotor die op de deel stond. We hadden nog geen elektrisch. Met die motor kon je ook voederbieten snijden of haver hakselen. Zaterdags moest het hele huis schoon gemaakt worden. Of de vrouwen dan niet mee hoefden naar het land, weet ik niet. Ik vermoed van niet, want dan moest het huis aan de kant gemaakt worden.

Gas hadden bij mijn trouwen nog niet. We kookten nog met hout op een kookkachel, een soort fornuis. Dat ging met takkenbossen die we ’s winters uit het bos haalden. We kookten in een pot die van buiten zwart was, want je liet hem zo op het vuur zakken. Je kon er ook vlees op klaarmaken in een grote vleespan. Voor de brand bij ons thuis op de boerderij hadden we nog een open haardvuur waarop mijn moeder kookte in een grote zwarte pot. Die kon je aan een ketting op en neer laten zakken. Daar werd de pap en de aardappels in gekookt. In een grote ketel maakte je water warm voor het bussen wassen of de wastobbe. Na de brand hadden we een kolenfornuis.

’s Zomers kookten we hier in het kokhuus in de schuur. Dan werd het binnen niet zo warm en hield je de vliegen wat meer buiten. Ik denk dat het daarom was, maar dat heb ik mij nooit afgevraagd. We leefden er niet. Er waren er wel die dat deden, maar dat hebben wij nooit gedaan. Wij aten gewoon in huis. Ik moest in het kokhuus ook wel eens aardappels voor de varkens koken. In de kokkepot. Die stond daar ook. Later kreeg ik een gasfornuis. Je had van die grote gaspotten die je op het fornuis kon aansluiten, maar waar ook de verlichting op brandde. Pas veel later hebben we een vaste gasaansluiting gekregen. Bij het trouwen van Wim 28 jaar geleden, hebben we het huis gesplitst en een moderne keuken gekregen. Voor die tijd hadden we zo’n granieten aanrecht.'

Auteur:Ewout van der Horst
Trefwoorden:Huishouden, Project Streekcultuur, Familie, Vrouwen Overijssel
Personen:Dine Willemink
Periode:1940-1990
Locatie:Lettele
Thema's:Vrouwen in Overijssel, Huishouden, Huiselijk leven in Overijssel