image/svg+xml

3 oktober 1855 van bedelaar tot fietsfabrikant

Verhaal

3 oktober 1855 van bedelaar tot fietsfabrikant

Plaatje bij verhaal: Fongers.jpg

Het Amerikaanse stereotiep voor succes heet "van loopjongen tot krantenmagnaat". Ook in de geschiedenis van Ommerschans liggen deze verhalen besloten. Op 8 juni 1852 wordt de 10-jarige Albertus Fongers met zijn vader, stiefmoeder, broer Klaas en halfzus Grietje in de kolonie Ommerschans geplaatst. In 1871 heeft hij in Groningen z'n eigen smederij, waar hij in 1884 start met de produktie van rijwielen. Twaalf jaar later is hij directeur van de fabriek waar de beste rijwielen van Nederland worden gebouwd.

 

 

Dit verhaal start in het jaar 1809. Het jaar waarin Koning Lodewijk Napoleon door zijn broer wordt teruggeroepen en Holland bij het Franse keizerrijk wordt ingelijfd. 

In het Groningse Kloosterburen schenkt de 35-jarige Pauwline Geerts Fongers het leven aan haar zevende kind. Zo wel zijzelf als haar echtgenoot, de 47-jarige bakker Albert Jans, noemen zich Fongers. Het kind, een zoon, krijgt de naam Jan, vernoemd naar Albert's vader.
Jan groeit op in de bakkerij van zijn vader. Als hij in 1828 trouwt met de 8 jaar oudere Hebeltje Klaassens, is hij nog steeds bakkersknecht. Hebeltje is de weduwe van de grutter Albert Klasen Knol uit Warffum. Ze heeft een 5-jarige dochter. Jan trekt in bij Hebeltje en samen krijgen ze in Warffum vijf kinderen, eerst drie meisjes en dan twee jongens. Als de jongste, Albert (1841) zes jaar oud is, overlijdt Hebeltje.
Anderhalf jaar later hertrouwt Jan Fongers in Groningen met de negen jaar jongere Baike Vos.

allegroningers.nl - huwelijken Groningen 1849


We zien dat de naam Fongers nog niet helemaal is ingedaald als achternaam. Er staat: Jan Alberts, zich noemende Fongers. Ook valt op dat Jan nu in Groningen woont en verklaart kastelein van beroep te zijn.

Korte tijd later duikt het gezin op in Amsterdam, waar op 10 mei 1850 dochter Grietje ter wereld komt in de Munnekestraat, op een steenworp afstand van de Nieuwmarkt. Jan heeft dan geen beroep. We vinden het gezin ook in het oudste bevolkingsregister van Amsterdam in de St.Nicolaasstraat, een dwarsstraat van de Nieuwe Dijk. Hier ontbreken twee dochter, die zijn vermoedelijk in Groningen achtergebleven. En ook hier staat Jan zonder beroep. Alles wijst er op dat de familie Fongers niet van weelde uit Groningen is vertrokken en ook wordt in de loop van 1852 duidelijk dat zij zich in 's lands hoofdstad niet kunnen handhaven. Op 8 juni 1852 wordt het gezin ingeschreven in de bedelaarskolonie Ommerschans. Ze zijn opgezonden vanuit Zwolle. Dat betekent vrijwel zeker dat ze zich daar vrijwillig hebben laten oppakken voor bedelarij, want daar is opzending naar Ommerschans de gegarandeerde uitspraak van de kantonrechter. 

bonmama.nl - Drents Archief - inschrijvingsregister Ommerschans


We vinden in het register alle gezinsleden, met uitzondering van dochter Aaltje, die er in Amsterdam wel bij was. Vermoedelijk is zij -net als haar twee zusters- als dienstbode aan de slag in Groningen.

Gezinnen worden bij binnenkomst in de Schans naar sexe gescheiden. Dus Jan gaat met zijn twee zoons naar de oostzijde van het gesticht en Baike met haar dochter naar de westzijde.

Bij aankomst in Ommerschans is Baike twee maanden zwanger. Op 21 januari 1853 bevalt zij van zoon Hendrik Jan.

bonmama.nl - familysearch.org - geboortes Stad Ommen 1853


En wat zien we in de akte: Jan Alberts Fongers doet zelf aangifte, onder toezicht van gestichts-veldwachter George Frölig. En zelf staat hij ook te boek als veldwachter. Hieruit mogen we opmaken dat hij al relatief kort na binnenkomst in de Schans geselecteerd is om als kolonist-veldwachter te mogen werken. Daarbij krijgt hij het toezicht op zijn mede-kolonisten. Dit komt binnen de Ommerschans veelvuldig voor. En één van de voordelen van dit baantje is dat je dan als compleet gezin in één van de veldwachter-hutten rond de kolonie Ommerschans mag wonen. Dit zijn bepaald geen luxe woningen, maar alles is beter dan de grote zaal waar je met 40 personen en gescheiden van je ega moet verblijven.

Opvallend is de ferme handtekening van Fongers, waarin zijn voorletters J.A. als anagram verweven zijn. Dit moet een man zijn die gewend is de pen te hanteren.

Een gevolg van het prettige gezinsleven is dat er onder de kolonist-veldwachters relatief veel kinderen worden geboren. En zo wordt ook het gezin Fongers vandaag, 3 oktober 1855, andermaal uitgebreid met de geboorte van zoon Cornelis.

bonmama.nl - familysearch.org - geboortes Stad Ommen 1855


Op 22 november 1855 is het gezin Fongers ontslagen uit de Ommerschans. Ze zullen er geen van allen terug keren. En toch is hun verdere levensverhaal geen unaniem "hapily ever after".

In het voorjaar van 1856 wordt het gezin vanuit Groningen ingeschreven te Amsterdam in de Tuinstraat (Jordaan). Jan is dan werkman. Na twee maanden verhuizen ze naar de Haarlemmer Houttuinen (tussen Jordaan en het IJ). Daar krijgen ze twee maal een verschrikkelijk bericht uit Groningen. Eerst overlijdt daar op 3 augustus oudste dochter Aaltje (24) en daarna op 29 oktober dochter Eltje (22). In maart 1857 verhuist het gezin naar de Palmstraat (Jordaan). Begin december 1857 laten ze zich uitschrijven terug naar Groningen. Daar overlijden op 6 december 1857 zoon Hendrik Jan en op 14 juni 1858 dochter Aafke (21). Twee weken later overlijdt vader Jan Alberts Fongers in Meppel. Zijn woonplaats is dan nog steeds Groningen.

bonmama.nl - genealogische kaart HBSN 164959 Jan Alberts Fongers

 

En zo blijft Baike Vos achter met vier kinderen: haar stiefzoons Klaas (19) en Albertus (16), dochter Grietje (5) en zoon Cornelis (2). Zo op het oog zijn er  voldoende ingrediënten voor een volgende opname in de bedelaarsgestichten, maar intussen hebben de twee oudsten een leeftijd om brood op de plank te kunnen brengen. Beiden gaan in de leer als smidsknecht en bekwamen zich in dit ambacht. Beide trouwen in 1867. Klaas zal in 1868 met zijn gezin emigreren naar de USA. Hij overlijdt in 1918 in Grand Rapids, Michigan.

Ook Grietje Fongers trouwt in 1867. En de jongste, Cornelis, Gaat in 1875 in dienst als nummerverwisselaar. Als de dienst er een jaar later op zit, tekent hij vrijwillig voor zes jaar in het Koloniaal Werfdepot te Harderwijk. Hij incasseert daarbij een gratificatie van 300 gulden. Dat ziet er prachtig uit voor een jongeman zonder geld. Maar zoals voor de meeste Indie-gangers, heeft hij hiermee zijn doodvonnis getekend. Op 7 april 1877 is hij ingescheept te Nieuwendiep op het stoomschip Prinses Amalia en op 13 juli 1879 overlijdt hij te Weltevreden (Batavia). Hij heeft dan een tegoed van Fl 2,43 dat enige tijd later aan zijn familie in Nederland is uitgekeerd.

Nationaal archief -Stamboeken Militairen KNIL 1815-1949 2.10.50

 

Zijn broer Albertus Fongers trouwt in 1867 met Hinderika Mechelina Bos. Zij is in 1836 in Groningen geboren als buitenechtelijke dochter van Mechelina Derks Bos. Haar moeder is in 1841 gehuwd met belastingcommies Fokko Tjapkes Kuipers en in dat huwelijk zijn drie kinderen geboren die alle drie volwassen worden en trouwen.

Vermoedelijk is voor de totstandkoming van het huwelijk op 17 november 1867 wel het nodige duw- en trekwerk verricht, want drie weken later, op 9 december, bevalt de kersverse mevrouw Fongers van een gezonde dochter, die de naam Mechelina krijgt.

In 1867 is Albertus Fongers nog smidsknecht, maar bij de geboorte van hun tweede kind, zoon Jan Albert in 1869, mag Albertus zich volwas smid noemen. Zijn ambitie is eigen baas te worden. Daarin slaagt hij als hij in 1871 met financiele steun van een aantal klanten de smederij van Thies Lucas Smid weet over te nemen. Op 23 augustus 1871 wordt opnieuw een zoon geboren die de naam Ties krijgt. De vreugde wordt in december van dat jaar getemperd bij het overlijden van zoon Jan Albert.

 

www.fongers.net - Albertus Fongers omstreeks 1886



Albertus Fongers moet een ondernemend man geweest zijn. Waar de meeste smeden zich beperken tot het uitvoeren van het werk dat hen door klanten wordt opgedragen, denk aan de vervaardiging van muurankers, raam- en deurbeslag, hekken en hoefijzers, denkt Albertus na over nieuwe toepassingen. Zo komt in het laatste kwartaal van de 19e eeuw de import van rijwielen op gang, met name uit het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Dit zijn luxe artikelen. Uitsluitend de bovenste laag in de samenleving kan zich dit wonder veroorloven. Het verhaal gaat dat Albertus Fongers in 1883 zo'n fiets koopt voor zijn zoontje Ties en daarna besluit ze zelf te gaan maken. Hij krijgt vervolgens zoveel opdrachten, dat hij rond 1890 besluit hij zich volledig toe te leggen op dit produkt.

 

Delpher.nl - Winschoter Courant 29 maart 1893

 

In 1895 neemt Fongers deel aan een grote tentoonstelling in Amsterdam. Het Algemeen Handelsblad bespreekt bij deze gelegenheid alle exposerende rijwielfabrikanten. De fietsen die worden tentoongesteld worden consequent "machines" genoemd.

 

Delpher.nl - Algemeen Handelsblad 6 februari 1895



In 1896 wordt de N.V. De Groningse Rijwielenfabriek A. Fongers opgericht met een maatschappelijk kapitaal van 400.000 gulden. De grootste investeerder is de Groningse industrieel Jan Evert Scholten (1849-1918). Dat jaar wordt een nieuwe fabriek gebouwd met daarin een rijwiel-school, waar aspirant wielrijders de kunst van het wielrijden overdekt onder de knie kunnen krijgen. Dat concept wordt vervolgens over Nederland uitgerold en in de jaren die volgen verschijnen Fongers rijscholen in diverse steden.


Delpher.nl - de Telegraaf 22 januari 1902

 

beeldbank stadsarchief Amsterdam - Fongers Rijschool Nassaukade plm 1917


In deze jaren groeit Fongers uit tot de grootste werkgever van de stad Groningen met ca 300 medewerkers.

 

beeldbank Groninger Archieven


En zo heeft Albertus Fongers, de man die als knaap van 10 jaar voor een periode ruim drie jaar als bedelaar-kolonist in de Ommerschans verbleef, in zijn leven alleen maar groei meegemaakt, zeg maar gerealiseerd. Hij had een gedrevenheid die vergelijkbaar is met die van Johannes van den Bosch en in zakelijk opzicht was hij meer succesvol dan de stichter van de Maatschappij van Weldadigheid, al moeten we daarbij wel aantekenen dat zijn werkveld een stuk overzichtelijker was dan dat van Johannes van den Bosch.

Zoon Ties Fongers was vanaf 1896 in het bedrijf werkzaam. Hij trouwde pas in 1919 en nam de leiding van het bedrijf over van zijn vader.

Albertus Fongers werd in 1916 weduwnaar en op 4 april 1921 overleed hijzelf, 79 jaar oud. In zijn necrologie komt Ommerschans niet voor. Hoe zou dat nou komen...

delpher.nl - Nieuws van den Dag 7 april 1921

 

bonmama.nl - genealogische kaart HBSN 164982 Albertus Fongers

 

 

Meer informatie over de familie Fongers en de firma Fongers is te vinden op de website www.fongers.net

met dank aan Jos Rietveld voor het beschikbaar stellen van de foto van Albertus Fongers. Hij attendeerde mij ook op een artikel van de Groninger Stadshistoricus Beno Hofman, waar ik een paar feiten aan heb ontleend.
In 2023 verscheen van Jos' hand het boek "Fongers, Het illustere rijwielmerk".

 

 

lees ook:

 

 

 

 

 

Auteur:Helmuth Rijnhart
Personen:Albertus Fongers

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.