Verhaal 11 ‘Nazareth’-----Een staalkaart van geloven
Verhaal 11 ‘Nazareth’-----Een staalkaart van geloven
- Geplaatst door
Hierboven plaatje 46. Borne rond 1840. Links het katholieke kerkje aan de Koppelsbrink. Het is in 1889 afgebroken, toen de nieuwe kerk aan de Stationsstraat klaar was. Rechts de hervormde Oude Kerk bij de Pellenhof. Onder de hoge bomen was het oude katholieke kerkhof. Daar is tussen 1954 en 1957 de Mariakapel gebouwd. Er liggen nog steeds enkele grafzerken.
Twee Nazareths
Borne was heel lang een klein en armoedig plaatsje in Twente. Misschien wordt Borne daarom in Twente wel eens spottend ‘Nazareth’ genoemd. Nazareth is het onbeduidende plaatsje in het noorden van Palestina, waar Jezus opgroeide bij zijn ouders Jozef en Maria. Nazareth stelde niet veel voor, net als Borne vroeger. In het evangelie van Johannes vraagt een zekere Nathanaël aan Filippus: “Kan er uit Nazareth iets goeds komen?” Ze hebben het dan over Jezus. Filippus en Nathanaël worden later apostelen van Jezus. Ze zijn vast anders gaan denken over Nazareth.
Veel geloven - veel gebouwen
Er zijn weinig gemeenten in Oost-Nederland waar mensen met zoveel verschillende geloven hebben samengewoond. Ze hebben allemaal hun sporen nagelaten in Borne, Zenderen en Hertme. Er zijn maar liefst 19 gebouwen die met een geloof te maken hebben. De meeste zijn met centen en dubbeltjes bij elkaar gespaard. Er zijn er nog 18 van over. Het kerkje aan de Koppelsbrink uit 1785 is lang geleden afgebroken. Misschien mogen we in de toekomst ook een moskee verwelkomen? Hieronder is een lijstje van al die kerkelijke gebouwen opgenomen, de oudste bovenaan.
De kerkelijke gebouwen van Borne 1482 de protestantse Oude Kerk, Oude Kerkstraat 2; |
De Reformatie
In Borne begint de Reformatie in 1555. Dan brengt de heer van Weleveld de nieuwe leer van Maarten Luther naar de katholieke Oude Kerk. Dat is het evangelisch-lutherse geloof. Voor de kerkgangers maakt dat maar weinig verschil, want de lutherse predikant blijft gewoon de mis opdragen. Ook de inrichting van de kerk blijft hetzelfde. Maar in 1593 verandert dat. Het bestuur van Overijssel geeft de calvinistische leer voorrang boven alle andere godsdiensten. Iedereen moet nu hervormd worden. In 1598 geeft de drost van Twente het bevel de altaren en de beelden uit alle kerken van Twente weg te halen. De mensen in Borne doen dit niet. Ze denken dat alles weer terug moet als de katholieke Spanjaarden komen. De drost laat bouwvakkers uit het Duitse Gildehaus halen om het karwei uit te voeren. Het Twaalfjarig Bestand (1609-1621) in de Tachtigjarige Oorlog brengt even rust. Er is dan tijdelijk godsdienstvrijheid. Daarom kan de lutherse pastoor van Borne tot 1621 ongestoord zijn diensten houden. Daarna is het afgelopen met de rust.
De hervormde gemeente
In 1621 wordt de Oude Kerk echt hervormd. De katholieken moeten voor de zondagsmis voortaan naar afgelegen boerderijen in Hertme, Zenderen en Bornerbroek. Ze raken al hun kerkelijke bezittingen kwijt aan de hervormde gemeente. Na de vrede van Munster in 1648 wordt de hervormde overheid langzaam wat minder streng tegen de andere godsdiensten. In 1809, onder koning Lodewijk Napoleon, proberen de katholieken een deel van hun kerkelijke goederen terug te krijgen. Ze willen wel graag de boerderijen en de grond terug, maar niet hun Oude Kerk. Want het onderhoud aan het grote gebouw kost veel geld. Ze hoeven niet bang te zijn: ze krijgen helemaal niets terug.
De joodse gemeenschap
In Borne komen we voor het eerst joodse inwoners tegen in 1748. We lezen hun namen dan in een volkstelling. De oudste grafsteen op de joodse begraafplaats aan de Twijnerstraat is van 1776. De meeste Bornse joden komen uit Duitsland. Ze zijn bijna allemaal arm of heel arm. Ze moeten buiten het dorp wonen, op het Bornse Veld. Dat is het deel van de Grotestraat tussen de Stephanuskerk en de Von Bönninghausenstraat. Rond 1800 komt Salomon Jacob Spanjaard naar Borne. Hij is een succesvolle zakenman. Omdat hij ook goed kan organiseren, krijgt hij de leiding over de kleine joodse gemeenschap. Eerst houdt de joodse gemeente haar diensten in het huis van David van Gelder, Spanjaards schoonvader. In 1843 wordt er een eenvoudige synagoge gebouwd aan de Ennekerdijk 17. In 1867 komt de eerste echte voorganger (chazan) Migchael Mogendorff. Naast de synagoge, op nummer 15, komt er in 1895 een school voor de joodse leerlingen. En daarnaast (op nummer 13) wordt in 1897 een huis gebouwd voor de leraar. De synagoge wordt een levendig centrum van de joodse gemeente.
Een joods grapje
De synagoge is er gekomen dankzij Jacob Salomon Spanjaard. Hij heeft alles betaald. Aan de muur van de synagoge is nog steeds een verweerd houten bord te zien met een tekst in Hebreeuwse letters. Het is een regel uit het Oude Testament. Er staat: “Hoe goed zijn uw tenten, Jacob, en uw woningen, Israël!” Zo laten de Bornse joden met een knipoog zien, dat ze heel tevreden zijn met hun nieuwe “tent van Jacob”. Bedoelen ze hiermee wel de aartsvader Jacob uit de Bijbel?
Een droevig einde
De joden leven mee met alles wat in het dorp gebeurt. David van Gelder heeft een textielzaak aan de Grotestraat 212. Zijn huis wordt wel het Vredespaleis genoemd. Als Bornse joden flink ruzie met elkaar hebben, gaan ze naar David van Gelder. Bij de koffie praten ze het uit en dan komt het altijd goed. Lievenboom verkoopt naaimachines en winterjassen. Nathan Spanjaard levert bessensap, kwast, appelwijn en alle soorten puddingpoeder. De paardenslager Dolf van Gelder is een vrolijke man. Hij fluit graag. Iedereen kent hem als de “fluitjör” (fluitjood). Hij woont naast de Klopjeswoningen aan de Koppelsbrink. Nu is daar een plantsoentje. De joodse Bornenaren zijn lid van allerlei verenigingen. Ze spelen mee bij de voetbalclubs. In de harmonie blazen ze hun partijtje mee. Ze spelen viool in “Borne’s strijkje” bij bruiloften en partijen. De Van Gelders hebben zelfs een jazzband, de “Gaiety Hoppers”, de Vrolijke Springers. De joden hebben veel vrienden in het dorp. Tot de Tweede Wereldoorlog hen wegvaagt. De synagoge moet in 1943, na precies 100 jaar, door de nazi’s worden gesloten. Tegenwoordig is het een klein cultureel centrum.
De gereformeerde kerk
In de 19de eeuw zijn er allerlei groepen die zich afscheiden van de hervormde kerk. Een voorbeeld daarvan zijn de gereformeerden. Al voor 1892 komen zij regelmatig bij elkaar. In 1900 ontstaat hieruit de zelfstandige gereformeerde gemeente van Borne. De leden komen bij elkaar in een ruimte in de fabriek van Spanjaard en later in het Gebouw voor Christelijke Belangen aan de Grotestraat. In 1930 krijgt de gemeente zijn eigen kerk aan de Schaepmanstraat 24.
De hervormde Nieuwe Kerk
In de jaren voor de Tweede Wereldoorlog komen er veel werkloze mensen uit Drente en andere streken naar Borne. Ze vinden werk in de textielfabriek van Spanjaard. Er komen ook veel grote gezinnen over. De bevolking van Borne groeit snel. Voor al deze nieuwkomers wordt een nieuwe wijk gebouwd aan de Deldensestraat, ‘over het spoor’. Onder hen zijn veel protestanten en socialisten. De gelovigen houden eerst evangelisatiediensten in de boerderij van Jansen Spalink aan de Kerkedennen. De kerkenraad van de hervormde gemeente besluit later tot de bouw van een echte kerk voor de bewoners van de Spanjaardswijk. In 1930 wordt deze Nieuwe Kerk aan de Deldensestraat 76 geopend. Het gebouw heeft een bijzondere plattegrond in de vorm van een kruis.
Protestantse Gemeente Borne
In 2004 zijn drie protestantse kerken in ons land samengegaan. Het zijn de Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken en de Evangelisch-Lutherse Kerk. Ze heten nu samen de Protestantse Kerk in Nederland. In Borne vormen de hervormde en de gereformeerde gemeente nu samen de Protestantse Gemeente Borne. De diensten worden gehouden in de Oude Kerk, Oude Kerkstraat 2, in de Nieuwe Kerk, Deldensestraat 76, en in de kapel van het zorgcentrum ‘t Dijkhuis.
De doopsgezinde gemeente
Doopsgezinden zijn volgelingen van Menno Simons, die leefde in de 16e eeuw. Daarom worden ze ook wel mennonieten of mennisten genoemd. Ze dopen geen kinderen, maar alleen volwassenen. Het dragen van wapens wijzen ze af. Ze leven eenvoudig en teruggetrokken. Doopsgezinden zien hun kerkgebouw als een huis van ‘vermaning’. De predikant ‘vermaant’ daar de kerkgangers Christus na te volgen. De doopsgezinden moesten hun erediensten houden in schuilkerken, onzichtbaar en onhoorbaar vanaf de openbare weg. Net als de katholieken. In het begin komen ze samen in de boerderij De Paaschen in Zenderen. In 1724 mogen ze een schuilkerk hebben aan de Ennekerdijk 27 in Borne. In 1824 bouwen ze op deze plaats een nieuw kerkje (vermaning). Belangrijke doopsgezinde families in Borne zijn Bussemaker, Hulshoff en Ten Cate.
De baptistengemeente
Het geloof van de baptisten bestaat sinds het begin van de 17de eeuw. Ook zij dopen alleen volwassenen. De dopeling wordt daarbij helemaal onder water gedompeld. De eerste Nederlandse baptistengemeente is in 1845 ontstaan in Drente. Hengelo krijgt in 1879 een zelfstandige baptistengemeente. De Bornse baptisten mogen gebruik maken van een zaal in de fabriek van Spanjaard. In 1958 kunnen ze een eenvoudig tweedehands houten gebouwtje kopen. Ze laten het neerzetten aan de Twijnerstraat 6. In 1979 wordt het vervangen door een mooi stenen kerkgebouw.
Op het kaartje van Borne staan14 religieuze gebouwen, aangegeven met de letters A,B,D,E,G,H,K,M,P,Q,R,S,T en U. Op het kaartje onder dat van Borne staat het kaartje van Zenderen en Hertme met 6 religieuze gebouwen, aangegeven met de letters C, F, J, L ,N en de doopsgezinde schuilkerk de Paaschen 11a.
Renaissance / 1500-1600
Auteur: | Hans Gloerich |
Trefwoorden: | Renaissance / 1500-1600, Borne bij de tijd, Schoolcanon |
Personen: | Spanjaard,Salomon Jacob, Gelder,van David, Lievenboom,nn, Spanjaard,Nathan , Gelder,van Dolf, Mogendorff,Migchael rabbijn , Jansen Spalink,boererij, Simons,Menno, Bussemaker,familie, Hulshoff,familie, Ten Cate,familie |
Thema's: | Borne bij de tijd-----Schoolcanon |