image/svg+xml

Jan Boers, jachtopziener in Genne

Verhaal

Jan Boers, jachtopziener in Genne

Plaatje bij verhaal: jan_boers2_0.jpg

Jan Boers was jachtopziener en gemeenteveldwachter in Genne. Hij leefde van 1883 tot 1964. Jan woonde aan de Verburgweg 2. De herinneringen van en over hem geven een mooi beeld van het leven in Genne. Aan het eind een geluidsfragment hem uit 1958.

Herinneringen  aan Jan Boers; jachtopziener en  gemeente veldwachter

 

Minie Buit Zielman

 

Baron C.W.A van Haersolte, die huize Den Doorn in Haerst bewoonde tot 1935, was een liefhebber van de jacht. Om de wildstand te beheren had hij jachtopziener Jan Boers in dienst, die tevens onbezoldigd gemeente veldwachter was. Jan Boers geb Genne 17-2-1883 woonde in Genne in zijn ouderlijk huis, een boerderij aan Verburgweg 2. Zijn ouders waren Remmelt Boers en Aaltje Dekker.

 

Remmelt Boers schreef in zijn dagboek; 1893 den 8 augustus gefotografeert Jan Boers met de blij en R Boers er bij.

Jan was enig kind en altijd vrijgezel gebleven. Het boerenbedrijf trok hem niet erg, daarom verpachtte hij zijn boerderij aan Hendrikus Witteveen. Voor zichzelf hield hij een kamer aan de zuidkant van de boerderij.

Vanuit zijn kamer keek hij uit over de hoge kamp van het Glinthuis naar de dijk op Den Doorn en op de Lange bos, die liep vanaf de dijk (waar nu de tankweer nog is) tot aan de Boerweg. De hoge kamp, de Spiekerbelt genoemd, die bij het Glinthuis hoorde was in de oorspronkelijke hoogte een hoog gelegen schraal stuk zandland waar weinig wilde groeien. Ook was het moeilijk te bewerken door de vele konijnenholen die er in gegraven waren.

Als jachtopziener had Jan Boers ook te maken met mijnheer Vigelius die op de Horte bij Dalfsen woonde en eigenaar van het Glinthuis was.Vigelius kwam ook jagen in Genne en wanneer hij kwam, gaf hij dat aan per briefkaart bij de pachter van het Glinthuis, de familie Van Dijk.

 

Jan Boers was een weidelijk jager. Hij voelde zich verantwoordelijk voor het wild en probeerde via een goed beheer de wildstand gezond en in stand te houden.

Zijn vader Remmelt was ook een natuurliefhebber, hij hield in zijn dagboek bij wanneer de eerste ganzen gezien werden. Die kwamen vanuit het hoge noorden voor hun overwintering hier. 10 september werd als vroeg beschreven, meestal zag en hoorde hij de eerste ganzen in de laatste helft van september overkomen. Eenmaal zagen ze de eerste ganzen al in augustus: op 27 augustus 1900. Dat was nieuws! De  natuur zou van slag zijn! Niets was minder waar, want het bleken ontsnapte tamme ganzen die gebruikt werden voor het ‘toukeren’ een eeuwen oude vangkunst beoefend door de ganzenflappers, waarbij tamme ganzen werden gebruikt om de wilde te lokken binnen het bereik van een slagnet.

 

In dienst van de Baron maakte Jan Boers het volgende proces verbaal op.

Op zondag 23 maart 1919 des morgens omstreeks half acht uur werd door mij Jan Boers onbezoldigd gemeente veldwachter wonende op de Doorn te Haerst gemeente Zwollerkerspel in dienst  van den Hoogwelgeboren heer C.W.A Baron van Haersolte van den Doorn.

Gezien en waargenomen dat twee onbekende personen liepen op een stuk buiten dijks hooiland gelegen tussen de buurtschappen Genne en Haerst, waarvan de eén een polsstok droeg. Bedoelde personen zag ik verder de dijk opgaan en liepen zij naar een zo genoemde houthagen welke in eigendom  toebehoorde aan de Hoogwelgeb Heer Baron van Haersolte van Den Doorn en waarvan de toegang tot de genoemde houthagen ( perceel bosgrond) voor een ieder op duidelijke wijze is verboden door middel van aan de ingang van bedoelde houthagen geplaatst bord met daarop Verboden toegang (…..)

Dadelijk ben ik op mijn rijwiel naar de bedoelde personen gereden en zag éen persoon lopen in de ruigte van genoemde houthagen. De andere persoon zag ik op een naastliggend stuk hooiland welke in eigendom toebehoord aan mijnheer Vegelius (eigenaar van de Horte en boerderij Glinthuis)

Ik ben naar de persoon die zich in de houthagen bevond toe gelopen en zag dat deze aldaar liep in zoekende houding met het blijkbare doel eieren van waterwild te zoeken.

Ik heb hem aangeroepen met de woorden Halt ! Politie !

Waaraan hij zich in het geheel niet stoorde, andermaal heb ik hem aangeroepen. Tot ik tenslotte bij hem kwam en bij de mouw pakte, daar hij nog door wilde lopen. Nogmaals heb ik mij bekend gemaakt dat hij politie voor zich had en hem gevraagd wat hij hier zocht.

waarop hij antwoordde hier maar zo te lopen. Hierop heb ik gevraagd of hij daartoe vergunning had, die vergunning had hij niet en hij wist ook niet dat het nodig was. Daarop heb ik hem naar zijn naam gevraagd waarop hij zei geen naam te hebben. Daarop heb ik hem gezegd dan gaat u met mij mee en zijt u mijn arrestant ten einde hem te geleiden voor den Heer Hulpofficier van justitie, waartegen hij zich hevig verzette. Ik had hem reeds bij de mouw gepakt doch hij rukte zich los en trok zo in tegenovergestelde richting dan waarheen ik hem wilde geleiden dat hij zich inmiddels los rukte.

Inmiddels kwam de andere onbekende persoon die later bleek te zijn Peter Buter geboren 8 aug 1880 te Hasselt van beroep machinist wonende in de Eikenlaan te Hasselt. Die mij toevoegde zo u hem niet los laat sla ik u met de pols op de kop.

Daar ik ongewapend was heb ik van verdere arrestatie afgezien en ben ik later naar Hasselt gegaan om de aldaar gestationeerde rijksveldwachter hier mede in kennis te stellen en te verzoeken om mij in deze assistentie te willen verlenen. In gezelschap van genoemde rijksveldwachter zijn de door ons bedoelde personen weder opgespoord en na enige tijd zijn deze personen door ons te Hasselt aangehouden, ik herkende dadelijk weer die personen als dezelfden welke waarvan éen van hun zijn naam weigerde op te geven, zeggende geen naam te hebben en die nu wel opgaf genaamd te zijn Albert van Dijk geboren 28 maart 1890 te Hasselt bleekersknecht wonende in de Hofstraat Hasselt.

Desgevraagd door genoemde rijksveldwachter erkenden voor genoemden verdachten dat zij dien morgen onder de buurtschap Haerst waren geweest en erkende verdachte van Dijk te hebben gelopen op de verboden gronden behorende bij het buitengoed Den Doorn. Terwijl hij tevens erkende te hebben geweigerd zijn naam op te geven en zich tegen zijn arrestatie had verzet. Verdachten zijn procesverbaal aangezegd.

Waarna door mij J. Boers is opgemaakt dit procesverbaal is opgemaakt dit proces verbaal op de eed bij den aanvang mijner bediening afgelegt en overgegeven aan de Heer Burgemeester van de gemeente Zwollerkerspel, Haerst 25 maart 1919, was getekent J.Boers

 

 

Jan Boers verhuurde zijn boerderij aan Hendrikus Witteveen en behield zelf één kamer. Het echtpaar Witteveen had drie kinderen: Henk, Hendrik Jan en Gerry.

Hendrik Jan herinnerde zich dat de jacht veel voor Jan Boers betekende. Jan hield van dieren en de natuur. Vaak was Hendrik Jan met hem mee geweest in de winter om voedsel uit te strooien voor de vogels op Den Doorn. Als men zich daarna verdekt opstelde, kwamen de fazanten en eenden er op af. Jan Boers kon ook verschillende vogelgeluiden nabootsen. Op een keer had er een koekoek in de eikenboom op het erf gezeten Jan bootste het geluid van de koekoek na en ja hoor hij kreeg antwoord. Het  eendenkorven vlechten had Hendrik Jan ook van Jan Boers geleerd en het sporen lezen van haas en konijn. Jan Boers maakte zelf ook nagemaakte lokeenden gevuld met stro. Kort voor de kerstdagen hing er een haas in de schuur, die liet hij een paar dagen hangen. Dan maakte Jan de haas panklaar en braadde hem daarna, wat hij uitstekend kon. De gebraden haas ging naar Den Doorn voor de Baron. De familie Boers had een goede verstandhouding met de Baron.

 

Albert van de Berg, geboren in 1921 woonde aan de Havezatheweg in Haerst en werd als jongen gevraagd om mee te gaan jagen met de Baron. De Baron liep moeilijk en Albert moest dan het geschoten wild opzoeken en dragen. Hij mocht het graag doen, de Baron was niet karig met dubbeltjes en die waren voor een jongen heel wat waard in die tijd. Albert wist dat de Baron een hele verzameling opgezette vogels in zijn bezit had.

 

In 1935 is het goed Den Doorn verkocht aan de N.V tot exploitatie van Grondbezit Croweert Zwolle en de Baron verhuisde naar Arnhem. Jan Boers ging bij verschillende boeren werken. Toen de jaren bij hem gingen tellen betrok hij voorgoed de kamer in zijn boerderij waar hij 81 jaar mocht worden.

 

De herinneringen van Henk Witteveen

Wanneer ik Jan Boers voor het eerst ontmoet heb weet ik niet meer. Het was in mijn vroege jeugd. Hij kwam in ons leven als verpachter van het boerderijtje Genne F 93, dat onze ouders achter in de twintiger jaren betrokken. Dat moet vóór 1929, mijn geboortejaar, geweest zijn .

Jan Boers was vrijgezel. Waarschijnlijk is hij daarom niet zelf gaan boeren. Misschien vond hij het ook niet zo aantrekkelijk en gaf hij er de voorkeur aan om in loondienst te zijn. Boerenknecht dus. Dan heb je, behalve een inkomen, kost en inwoning. Maar als je ziek wordt? Of als je er niet in slaagt het lopende contract te verlengen en niet aansluitend een nieuw contract vindt? Daar had Jan Boers wat op gevonden. Hij had in het pachtcontract dat hij met Witteveen sloot de voorwaarde opgenomen dat de kamer op het zuiden voor hem beschikbaar moest blijven voor het geval dat hij dakloos zou worden, door welke oorzaak dan ook. Van dat beding heeft hij gebruik gemaakt. Dat was zeker het geval toen hij AOW gerechtigd werd,  maar misschien incidenteel ook wel eerder.

 

Bij wie "diende" hij. En wanneer? Daar laat mijn geheugen me in de steek. Ik herinner me Knelis van Berkum, Jan Schroten, Küttschrutter en Constapel. Of dit de goede volgorde is weet ik niet. Er is een foto van Jan Boers met schapen en op de achtergrond de boerderij van Schroten.Als ik me niet vergis was hij het laatst bij de familie Constapel. In die perioden kwam hij wel eens op bezoek, bijvoorbeeld op Pinkstermaandag. Eens met een fonkelnieuwe fiets met glimmende vellingen en trommelremmen, ‘k ben er nog van onder de indruk. Later was hij in het bezit van een licht motorfietsje. (DKW 125) Er waren verhalen over al dan niet geslaagde proefritten. Het avontuur met het motorfietsje heeft niet zo lang geduurd.

 

Is Jan Boers geboren en getogen op het adres Genne F 93?  Hij was de enige zoon van Remmelt Boers en Aaltje Dekker. In mijn verbeelding is zijn vader of zijn moeder jong overleden. Voor hem een reden om ontheffing van de militaire dienst te verzoeken. Het werd hem niet verleend. Dat heeft hem bitter gestemd, ten opzichte van de kerk ( Nederlands Hervormd, naar  mijn inschatting denkend in de vrijzinnige richting) en ten opzichte van de regering. Politiek vond hij aansluiting bij de conservatieve ideeën van de Christelijk Historische Unie.

 

Een deel van het leven van Jan Boers heeft zich afgespeeld op Huize Den Doorn.

Wanneer, hoe en waarom hij daar werkzaam is geweest weet ik niet. Vermoedelijk heeft hij daar geholpen met het werk op de boerderij en was hij er ook als onbezoldigd veldwachter en als zodanig gerechtigd om een pistool ( of revolver ) te dragen. Het kan zijn dat het afscheid van Den Doorn samenhing met het vertrek van de laatste baron Van Haersolte van Den Doorn. Vaag herinner ik mij dat de baron ("de poot" in de volksmond, waarschijnlijk omdat hij mank was) bij zijn vriend Boers op bezoek kwam. Ik heb wel eens een reepje chocola van hem gekregen. In die tijd moet Boers dus bij ons op de boerderij hebben gewoond. De revolver stak tijdens de oorlog in het rieten dak van ons huis, zonder vergunning.

 

De tijden die Jan Boers bij ons in woonde heb ik niet onplezierig gevonden. Hij was, geloof ik,niet zo gesteld op heel jonge kinderen maar met wat oudere  kon hij goed overweg. Hij mocht graag vertellen over de jacht, was lid van de "De Nederlandse Jager"en kreeg ook het gelijknamige verenigingsblad. Toen we wat groter waren mochten we soms  mee als hij "voor de voet" jaagde. En op drijfjachten. Vroeger, als er 's winters ijs op de sloten lag, besloop hij de ganzen die in het Gennegerbroek aan het foerageren waren. Hij lag dan languit op een platte slee, die hijzelf of zijn vader gemaakt had, het geweer naast hem. Dan was het de kunst om de vogels zo dicht te benaderen dat ze onder schot waren als ze gingen vliegen. Je mocht alleen maar schieten als er een echte trefkans had. Een dier ziek schieten was eigenlijk een schande voor de "weidelijke" jager. Prachtig was het, zo vertelde Jan Boers het, als de gans steil uit de lucht viel, morsdood op z'n rug. Het summum van jachtgenot was om twee, soms zelfs drie ganzen met één schot af te schieten. Als hij over de jacht vertelde glommen zijn ogen van plezier. En wij luisterden met diep ontzag.

 

Jan Boers was, denk ik,  in onze ogen een geweldig jager. Hij had twee geweren. Eén voor de ganzenjacht en één voor hazen, konijnen, patrijzen, fazanten en snippen. Ze stonden, meen ik, in de hoek van de kamer, naast het bed. Vermoedelijk zijn ze in de oorlog op last van de bezetter ingeleverd. Hij had ook (jacht)vrienden. Twee daarvan, Dirk Jan Veldhuis en  Aalbers, zochten hem wel eens. Het gezelschap was dan nogal vrolijk en luidruchtig. Familie was er niet veel. Hij had neven, de "Boersjongens" uit Haerst (ongehuwd) en Gerrit Jan Boers, van de Ridderstraat in  Hasselt, die getrouwd was en twee dochters had. Eén van de dochters, Willempje, is getrouwd met Hulzebosch. De andere dochter was Aagte.

(De kamer van Jan Boers voor de sloop van het boerderijtje in 2005)

 

Jan had het zich in zijn lange nogal smalle, wat moeilijk in te richten kamer wel gezellig gemaakt. Als je binnenkwam zag je eerst links de kookkachel met de pijp rechtstreeks naar de zolder. Dan de rieten stoel met een hoge rugleuning, de plek waar hij altijd zat, vaak met een goede sigaar (3 cent ) of met de pijp. Daarnaast de ronde tafel met een paar stoeltjes er om heen, de radio er boven. Tenslotte de kast vóór de tussendeur naar de heerd. Aan de rechterkant stond naast de vaste hoekkast, onder het zijraam, een laag ladenkastje door Remmelt Boers gemaakt (veronderstel ik). In de hoek van de voor- en zijgevel

stond het een persoonsledikant. Tussen kast en bed stond nog een stoel, voor het raam. Door de voordeur en over de"geute" kwam je bij de kamerdeur. De "geute" gaf ook toegang tot de deel en de pomp. Driemaal daags liep Jan naar de pomp met wat druppels in een glas. Hij had iets met de maag. "Ik worre niet old ", zei hij wel eens, en dan noemde hij de leeftijd van zijn ouders. Achteraf viel het nog wel mee, vind ik.

 

Hoe was onze verhouding met Jan Boers als pachtersgezin met de verpachter? Als kinderen hebben we er nooit moeite mee gehad. We waren wel op hem gesteld ook omdat Jan een radio had en onze ouders niet. Op ons verzoek zette hij de radio wel eens aan. We dachten dat er altijd mooie muziek op was, maar dat was niet zo. De verhouding pachter-verpachter was niet altijd zonder conflicten. Toen vader zich aansloot bij de Landpachtersbond  viel dat bij Boers niet in goede aarde. Hij heeft toen ook zijn testament gewijzigd. Mogelijk heeft hij later die wijziging weer gecorrigeerd. In elk geval was de testamentaire beschikking bij zijn verscheiden voor onze ouders niet ongunstig.

 

De laatste periode van zijn leven is Jan door moeder naar haar beste kunnen verzorgd. Angst voor verslechtering van de verhouding heeft haar er nooit van weerhouden om, als het te pas kwam, er op te wijzen dat er meer was dan dit aardse leven. Dat leidde niet tot verstoring van de relatie. Of het vruchten heeft opgeleverd? De beoordeling daarvan is niet aan ons.

 

Toen Jan Boers was overleden op 17-4- 1964, moest de kamer worden ontruimd. De erfgenamen ontfermden zich over de Friese staartklok en de rest bleef staan. De regulateur tikt de uren weg in Dronten. Er moest wel een nieuw uurwerk in. De kast staat bij ons in de kamer, als boekenkast. De kastdeuren zijn verwijderd; ze pasten niet zo goed meer. Iedere keer dat we de kast verplaatsen vrezen we dat hij in elkaar zal storten, maar we hopen dat hij het, met ons, nog een tijdje volhoudt. En op de overloop hangt een borduurwerkje met de initialen  A D en het jaartal 1873.

 

O dierbaar plekje grond …

Ik vrees dat niet alles wat hier staat waarheidsgetrouw is. In de loop der jaren is ons geheugen vervormd.

 

Genne 2010 met dank aan

Henk Witteveen .Dronten

Hendrik Jan Witteveen.Hasselt

 

Wilt u Jan Boers horen spreken?

Het Meertensinstituut kent het project Soundbites. Op deze 'sprekende kaart' zijn authentieke gesprekken tussen dialectsprekers uit alle delen van Nederland te beluisteren. Klik op de volgende link en Jan Boers heeft het over de op handen zijnde ruilverkaveling, over de jacht, over zieke dieren, bijzondere mensen en een wonderbaarlijke visvangst.

 

http://dss01.meertens.knaw.nl:8080/soundbites/001-099/0013_cd1/cd1_02_hasselt_genne.mp3

 

 

 

 

 

 

 

 

Reacties

Dank je wel Minie, voor dit mooie verhaal. Het brengt de geschiedenis tot leven en de cultuur van Genne schijnt erdoorheen! Groeten, Alice
Algemeen door anoniem op 01 Feb 2017 om 21:57:46

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.