Jan Tepper: 'Dat we moesten afbouwen met het bedrijf heeft mij heel veel pijn gedaan'

'Verschillende akkerbouwers hebben overleefd door schaalvergroting. Die durfden risico’s te nemen en sloten zware leningen af bij de bank. Ze kochten of huurden steeds maar grond en quotum bij. Wij wilden niet teveel risico nemen. We wilden zelf de boel financieren, niet teveel schulden hebben bij de bank. Er is hier nu nog één grote akkerbouwer over. Wij zijn in 2002 met de aardappels gestopt. We moesten zo vaak spuiten tegen de aardappelziekte Phytophthora. Daar waren we zo zat van. Je moest elke week spuiten. We hebben de aandelen verkocht en er bietenquotum voor gekocht. In 2007 hebben we de 16 hectare in het Twistveen verkocht aan een veeboer uit Almelo. De 24 hectare waar mij vader mee begonnen is, hebben we aangehouden voor de hobby. Mijn zoon zag het niet meer zitten om het over te nemen. Hij wilde hier wel graag blijven wonen.

Dat we moesten afbouwen met het bedrijf heeft mij heel veel pijn gedaan. Ik heb nog bij de huisarts gelopen. Eerst dacht ik: “Dat verwerk ik wel.” Maar dat viel ontzettend tegen. Ik heb er psychisch een hele dobber aan gehad. Ik zag het op een gegeven moment helemaal niet meer zitten. Dan denk je dat je gefaald hebt. We hebben zo ons best gedaan. Allerlei dingen geprobeerd. We hebben nog veldbonen, brouwgerst en van alles geprobeerd te verbouwen. Wij hadden misschien meer risico’s moeten nemen. De huisarts heeft mij heel veel geholpen. Hij zegt: “Je hebt niet gefaald. Er zijn zoveel boeren die stoppen moeten.” We hebben onze zoon wel de kans gegeven om het bedrijf voort te zetten. Maar hij zei: “Ik wil mijn leven lang niet voor de bank werken.”'