image/svg+xml

Jaap Hammer: 'De situatie met al die stadsboerderijen was onhoudbaar'

Verhaal

Jaap Hammer: 'De situatie met al die stadsboerderijen was onhoudbaar'

Plaatje bij verhaal: jaap_hammer_te_paard_door_de_straten_van_genemuiden_jaren_vijftig_0.jpg

'De situatie met al die stadsboerderijen in Genemuiden was op een gegeven moment onhoudbaar. De meeste boeren woonden bovendien liever bij hun grond. Onder druk van de Gezondheidsdienst is er toen samen met de OLM en de CBTB overleg geweest over een ruilverkaveling, zodat de boeren buitenaf zouden komen te wonen. De gemeente was daar direct groot voorstander van, maar de Grootburgerij was tegen. Die was bang dat ze haar rechten en inkomsten verloor. Uiteindelijk bleek de beste optie dat de Grootburgerij haar land verkocht aan de gemeente. Het bestuur had van tevoren berekend dat wanneer ze één miljoen gulden vast zou zetten bij de bank, de jaarlijkse uitbetaling van weidegeld aan de grootburgers ongeveer gelijk bleef. De 200 hectare aan gemeenschappelijke weide werd dus voor die prijs verkocht. Dat was spotgoedkoop, een buitenkansje voor de gemeente. Toen de Grootburgerij overstag was, is er nog wel een officiële stemming geweest maar de uitkomst stond van tevoren al vast. Er werd een ruilverkavelingscommissie samengesteld met vertegenwoordigers van de CBTB en de OLM. Dat was in 1968. Een wethouder uit Genemuiden die daarnaast ook boer was werd voorzitter. Hij had immers verstand van zaken.

Bij de ruilverkaveling was de landbouwvoorlichter uit Hasselt betrokken. Hij had geleerd van de verkaveling tussen Hasselt en Genne, die al eerder was geweest. Ze hadden daar alle percelen gewoon naast elkaar geplaatst, maar bij ons lieten ze er steeds wat stukken grond tussen. Als die boeren stopten, konden wij die grond er bij kopen. Dat heet het uitsterfsysteem. Anders was het gebied binnen de kortste keren weer helemaal versnipperd.

Veel Genemuider boeren waren eigenlijk te klein. Je moest minimaal 14 hectare grond hebben om voor de ruilverkaveling in aanmerking te komen. Mijn vader kwam daar net aan en toen ik trouwde kregen we er 2,75 bunder van mijn schoonvader bij zodat we ruim aan de grond-eis voldeden. Er was niet genoeg grond beschikbaar om alle boeren te kunnen plaatsen. Ze hebben toen bedacht dat als je je land overgaf en je stopte met boeren, je tien keer de pachtwaarde van je grond kreeg uitbetaald. Dat hield in dat veel mensen ongeveer 3500 gulden kregen als ze stopten. Toen zijn een heel aantal boeren uit Genemuiden weggegaan. De meesten kochten met het geld een nieuw bedrijf in Friesland. Er was er eentje die bij Heerenveen terecht kwam en daar een jaar of acht heeft geboerd, totdat er een grote rotonde aangelegd werd en hij zijn boerderij aan Rijkswaterstaat verkocht. In die acht jaar had hij gemiddeld genomen een waardevermeerdering van één ton per jaar.'

Trefwoorden:Ruilverkaveling, Omgeving, Project Streekcultuur
Periode:1969
Locatie:Genemuiden
Thema's:Ruilverkaveling

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.