Harm Prins: 'De bedrijfsopvolging is niet altijd eenvoudig'

'Die bedrijfsopvolging is niet altijd eenvoudig. Ik zit op het mannenkoor in Staphorst en na de tijd schuiven de boeren vaak nog even bij elkaar aan. Op een keer zat ik naast een boer uit Wapse die vertelde dat hij een jongen had die wel boer wilde worden. Alleen moet dat financieel dan ook allemaal maar kunnen. Boeren die een opvolger hebben, zetten alles op één kaart bij wijze van spreken. Want die jongen wil graag boer worden. Ten opzichte van de andere kinderen is dat nog wel eens moeilijk. Ik zou nog liever de boel gewoon weg doen, dan dat er ruzie komt om de boerderij. Dat is vaak het moeilijke eraan. Diegene die het overneemt moet ook kunnen boeren, maar qua prijs is dat voor de anderen niet gunstig. Ik heb wel eens onder boeren gezegd: "Als je een zoon hebt die boer wil worden, koop dan maar zoveel mogelijk melk en grond erbij als de bank je wil lenen. De andere kinderen kijken namelijk altijd naar het bezit. Nooit naar de schulden." Als je boerderij een miljoen waard is, willen ze dat graag verdelen. Maar als er dan acht ton schuld op zit, dat willen ze niet delen. Zo is het gewoon. Wij hebben ons huis aan de Meeleweg nu verhuurd, net als de jongveestal en de ligboxenstal. Ik heb er zelf nog een stuk of tien koeien in staan. En in die oude stal mest ik nu de stieren. Zelf wonen we al een poosje in het dorp en dat bevalt prima. Maar ik ben nog iedere dag aan de Meeleweg te vinden.'