image/svg+xml

70 jaar Molukkers in Overijssel

Verhaal

70 jaar Molukkers in Overijssel

  • Geplaatst door
Plaatje bij verhaal: MSMD Nelly Vlijt.jpg

70 jaar Molukkers in Overijssel. In 29 interviews vertellen Molukkers over de pijn uit het verleden, de behoefte aan erkenning en excuses en de mooie kansen voor de toekomst. Aflevering 13: Nelly Vlijt uit Rijssen.

Paspoort:

Naam: Nelly Vlijt-Rahametwau
Geboortedatum: 15-6-1949
Woonplaats: Rijssen
Wie is je vader: Ruben Rahametwau
Wie is je moeder: Barbelina Rahael
Weduwe van Lucio Vlijt, 5 kinderen (4 zoons en 1 dochter)
Behoort tot de tweede generatie Molukkers in Nederland
Gepensioneerd. Werkte onder meer bij hotel Rijsserberg en verzorgingshuis De Schutse.

 

Het gebeurde in 1956. Nelly Vlijt was vijf jaar en woonde pas zo’n drie jaar in Nederland. ,,Mijn vader, van wie ik ontzettend veel hield, werd in Maastricht overreden door een motorrijder en was op slag dood. Papa was pas 30 jaar oud. Het is lang geleden, maar ik heb er, vooral bij het ouder worden, nog steeds veel verdriet van.”

 ‘Op de Kei-eilanden is de zee zo helder als glas’

Ze weet nog dat haar vader haar een keer de bioscoop binnensmokkelde. Stttt…zei hij en deed z’n jas wijd open. Ze kroop er als kleuter veilig in weg. Na die dag, niet veel later, zei haar moeder tegen haar moeder: ‘Ruben, wil je even naar de bakker? Het brood is op.’ Hij ging weg en kwam nooit meer terug. Ruben Rahametwau kreeg in Maastricht een staatsbegrafenis met militaire eer. Alle andere KNIL-soldaten gaven hem een saluut.

Haar vader, geboren en opgegroeid op de Kei-eilanden (Grote Kei, eiland Ohoinangan Wourtehait) stapte met z’n gezinnetje op de boot New Australia naar Nederland. Kleine Nelly was twee jaar. Ze herinnert zich niets meer thuis, van de Kei-eilanden. Heel veel jaren later is ze er een paar keer op vakantie geweest. ,,Mooie natuur daar; palmbomen en veel groen. De huizen zijn er eenvoudig. En de zee is zo helder als glas. Je kunt de vissen zien zwemmen.”

Het gezin Rahametwau werd na aankomst in Nederland ondergebracht in het voormalige kloostercomplex Rijckholt in Maastricht. Daar heeft Nelly nog wel veel herinneringen liggen. ,,Als ik m’n ogen dicht doe, zie ik de nonnen weer in witte gewaden door de gangen lopen. Hun handen samengevouwen. Elk gezin kreeg een eigen kamer toegewezen. Ik speelde er veel buiten, met m’n springtouw in de kloostertuin. Op zondag ging ik naar de zondagsschool, onder leiding van tante Sohoka. Na het overlijden van m’n vader bleef mijn moeder achter met vijf kinderen. Ze wilde graag een overplaatsing naar kamp Laarbrug in Ommen, omdat daar veel tantes waren, die het gezin op kon vangen. Dat gebeurde. ,,In mijn beleving was dat een grote overgang, maar ik heb in Laarbrug een hele leuke tijd gehad. Ik kreeg er veel Hollandse vriendinnen, die me uitnodigden om te komen spelen.”

Haar moeder vond in Laarbrug een nieuwe liefde: Eli Rehijaan. Samen kregen ook zij vijf kinderen. ,,Ik noemde hem geen papa, maar oom. Ik werd absoluut door hem verwend hoor, maar niemand kon mijn vader vervangen. Ik had mijn eigen vader zó graag willen leren kennen. Als ik naar zijn foto in m’n huiskamer kijk, word ik nog steeds emotioneel. Ik denk, na al die jaren, nog heel veel aan hem.

Na kamp Laarbrug vertrok Nelly naar de Molukse wijk in Rijssen. Ze leerde daar haar eerste man, Lucio Vlijt, kennen. ,,Hij was een Antiliaan en kwam uit Curacao. Samen met z’n vrienden bezocht hij Nederland. Ze gingen een eindje toeren met de auto en kwamen bij puur toeval in de Molukse wijk in Rijssen terecht. Lucio was stomverbaasd dat hij daar ineens zoveel donkere mensen zag. Hij stopte en liep door de straat en zag in de Ruyterstraat een meisje in de woonkamer zitten. Dat was ik. Ik was 16 jaar. Lucio stuurde mijn broertje naar ons huis toe om me te roepen, maar ik mocht van mijn moeder niet naar buiten. Onze ouders waren streng en zuinig op hun dochters. Later hebben Lucio en ik meer afspraakjes gemaakt en elkaar voorzichtig leren kennen. We trouwden op m’n 18e en gingen in Rijssen wonen. We kregen samen 5 kinderen. Lucio had vanaf z’n 45e suikerziekte. Door die ziekte moest zijn been geamputeerd. Ik heb hem altijd verzorgd. Hij overleed op z’n 74e.

Toen haar kinderen groot werden en uitvlogen, ging Nelly de arbeidsmarkt op. Ze heeft in de loop der jaren veel verschillende banen gehad en houd van aanpakken. ,,Het langst werkte ik bij hotel Rijsserberg, 18 jaar. Daar maakte ik eerst de hotelkamers schoon, maar na een poosje vroegen ze me of ik in de keuken wilde werken. Daar heb ik veel lekkere gerechten leren maken. Ook in De Schutse werkte ik met veel plezier.”

Nelly noemt zichzelf ‘helemaal Vernederlandst’. ,,We zeggen weleens dat we terug willen naar de Molukken, maar ik ben een echte Hollander. Ik hou van stamppot andijvie met een gehaktbal. Ik spreek alleen Maleis op een Pasar Malam en ik heb veel Nederlandse vrienden, kennissen en collega’s.

Toen ik een aantal jaren geleden op vakantie op de Kei-eilanden was, spraken ze daar hoog Maleis. Ik verstond het af en toe niet eens.  Na 5 weken werd ik ineens heel verdrietig. Heimwee. Heimwee naar Nederland. Ik heb de dagen afgeteld, zó graag wilde ik weer terug. Hoe mooi het daar ook was, ik weet het nu zeker. Mijn leven is hier! Maar mijn roots, de plek waar ik vandaan kom, mag en zal ik nooit vergeten.”

Thema's:70 jaar Molukkers in Overijssel

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.