image/svg+xml

Liesbeth Cremers: ‘Landgoed Vilsteren draagt bij aan de lokale vitaliteit.

Verhaal

Liesbeth Cremers: ‘Landgoed Vilsteren draagt bij aan de lokale vitaliteit.

Plaatje bij verhaal: ECM Liesbeth Cremers.jpg

Landgoed Vilsteren, in handen van de familie Cremers, en het dorp Vilsteren vormen een hechte, van oorsprong katholieke gemeenschap, waar een hernieuwd bewustzijn is ontstaan rondom de zorg om de aarde. Daarvan getuigen de activiteiten in het kader van Soil4U, mee opgezet door mede-landgoedeigenaar Liesbeth Cremers, en de boerenmarkt op iedere derde zaterdag van de maand waar lokale producten van o.a. het merk ‘Landgoed Vilsteren’ worden aangeboden. 

Liesbeth Cremers en haar man Frans Bakker wonen sinds 1995 in het landhuis van Vilsteren, dat ook wel ‘Groot Spijker’ wordt genoemd. Het stel verbleef eerst vier jaar in ‘Klein Spijker’, het koetshuis dat jarenlang als vakantiewoning voor de familie Cremers werd gebruikt. De gemeenschap van Vilsteren ontving de nieuwe bewoners met grote vriendelijkheid. Verjaardagen werden samen gevierd en Liesbeth en haar man namen actief deel aan allerlei activiteiten in het belang van de leefbaarheid van het dorp, zoals het voorzitterschap van de dorpsschool en de kerk. De dorpsbewoners waren blij dat het landhuis weer bewoond werd door een lid van de familie Cremers. Bij hun komst was een grondige renovatie van het landhuis nodig. Groot Spijker werd vanaf 1965 verhuurd aan een internationale kostschool van de Quakers. Buitenlandse kinderen van ouders die werkten voor internationale bedrijven kregen les in de Engelse taal. Doordat het aantal leerlingen gedurende de jaren verminderde en de huuropbrengsten terugliepen is het contract beëindigd. De internationale kostschool kreeg tot op de dag van vandaag een plek op het landgoed Eerde in Ommen.

Voorkant huis links.jpg
Huize Vilsteren. (foto: Arie Tinbergen)

 

Natuurlijke waarde

Het landgoed Vilsteren is een zogenaamd Natuurschoonwet BV. Daarin zitten de aandeelhouders van de BV, voornamelijk nazaten van de familie Cremers. Dit is een fiscale wet die het landgoed vrijstelt van het betalen van zware successiebelasting bij vererving. Dat werd bepaald in de natuurschoonwet van 1928, maar er stond tegenover dat het landgoed 25 jaar in stand gehouden moest worden en opengesteld zou worden voor het publiek, om vrij te kunnen wandelen op wegen en paden. Na de Eerste Wereldoorlog en door de crisistijd zat de overheid krap bij kas. Door de nieuwe wet kon de schoonheid van de natuur in stand gehouden worden door de particuliere grondeigenaren. Tegenwoordig zijn er subsidiemogelijkheden voor de instandhouding van de rijksmonumentale onderdelen. Liesbeth vindt het een goede zaak: ‘Ga zorgvuldig om met de bepalingen in de natuurschoonwet en dus met het landgoed’, vindt ze. ‘Wees vooral gelukkig met de waarde van de natuur. Aanleggen van golfterreinen op een landgoed moet je zoveel mogelijk beperken, want de natuurlijke waarde daarvan is gering. Wees zuinig met een goede verstandhouding tussen de overheid en de particuliere landgoedeigenaren.’

Landgoed Vilsteren werd na 1948 een NV omdat door de kinderloos gestorven landgoedeigenaar Gellius Pathuis Cremers het landgoed werd overgedragen aan zijn neven en nichten. Gellius Pathuis Cremers vroeg in de jaren ’30 aan zijn neef Henri of hij de dagelijkse leiding over het landgoed op zich wilde nemen. Tot zijn vroege dood in mei 1948 was Henri Cremers rentmeester van Vilsteren. Enkele maanden daarvoor, in maart 1948, werd zijn dochter Liesbeth geboren, broer Gellius was in 1947 geboren. Moeder Els Cremers-van Rijckevorsel verhuisde met haar zoon en dochter naar haar familiehuis op landgoed Huis Sevenaer.    

Het particuliere landgoed: model voor integratie en verwevenheid

Tot haar middelbare schoolleeftijd werd Liesbeth met haar broer Gellius grootgebracht op het landgoed Huis Sevenaer in de buurt van Zevenaar. Huis Sevenaer was een kleine gemeenschap met een buitenplaats, diverse woningen, een boerderij, een moestuin en een parkbos. ’Ik kon daar heerlijk spelen, er was veel vrijheid en er kwamen regelmatig neven en nichten logeren’, vertelt Liesbeth. 

Na haar middelbare schooltijd op nonnenschool het Mater Dei Lyceum in Nijmegen ging Liesbeth kunst- en architectuurgeschiedenis studeren en op kamers wonen in Amsterdam. ‘Ik sprak niet makkelijk over het feit dat mijn familie een landgoed bezat, maar toen al speelde de gedachte door mijn hoofd om later in Vilsteren te gaan wonen. In de vakanties verbleven we als familie vaak in het koetshuis’. Na haar studie woonde Liesbeth door het werk van haar man Frans Bakker, die een baan kreeg bij Shell, een tijd in Amerika, daarna in Engeland, vervolgens in Den Haag. Uiteindelijk kwamen Frans en Liesbeth vanaf 1992 permanent op het landgoed Vilsteren wonen.

Liesbeth wou graag een toekomstbestendige organisatie van het familielandgoed Vilsteren opbouwen, maar haar blikveld was ook breder. Ze oefende diverse bestuurlijke functies uit om de positie van particuliere landgoedeigenaren te versterken. Vanuit haar voorzitterschap van de Bosgroep Salland Twente, een organisatie voor gezamenlijke verkoop van hout en aankoop van bosplantsoen, zette ze samen met de Overijsselse particuliere landgoedeigenaren het Overijssels Particulier Grondbezit op waar ze voorzitter van werd.

In januari 2010 heeft ze samen met andere buitenplaatseigenaren uit heel Nederland de Vereniging Particuliere Historische Buitenplaatsen, de landelijke organisatie voor de belangen van de buitenplaatseigenaar, opgericht en was daar een aantal jaren voorzitter van.

Doorkijkje naar kippenhok.jpg
Doorkijkje in de tuin. (foto: Arie Tinbergen)

 

Soil4U

Liesbeth kijkt naar het landgoed volgens een model voor integratie en verwevenheid met elkaar, omdat het gaat om het beheren in samenhang van bos, landbouw, waterbeheer, natuur, recreatie en cultuur-historische waarde. ‘Geen enkel onderdeel mag zich ontwikkelen ten koste van een ander onderdeel’, vertelt ze. ‘Het beheer van een landgoed is complex. Een eigenaar kan dat niet alleen opbrengen. Daarvoor is samenwerking nodig met diverse organisaties en met de bewoners en gebruikers van het landgoed’. Het besef dat een gezonde bodem de basis is voor een toekomstbestendig landgoedbeheer heeft in 2015, het jaar van de bodem, geleid tot het initiatief Soil4U.

Soil4U betekent zorg voor de bodem en is opgesteld door de eigenaren van de landgoederen Vilsteren, Grootstal bij Nijmegen en Bingerden bij Doesburg. De inzet van Soil4U heeft geleid tot diverse projecten met de pachtende boeren op de landgoederen. ‘Op alle landgoederen raken de landbouwgronden uitgeput, en is verschraling en verzuring van bossen en natuurterreinen door de klimaatverandering te zien. Daarom is een snelle transitie naar een gezond bodembeheer hard nodig en is de actiebereidheid onder landgoedeigenaren groot. We moeten niet afwachten welke regelingen overheden bedenken, maar bottom-up handelen’, vindt Cremers.

Een van de acties van Soil4U is het manifest ‘klimaatrobuuste landgoederen en particuliere bossen’ onder de landgoedeigenaren door heel Nederland ter ondertekening verspreid, om tot een gezamenlijke doelstelling te komen. Het manifest is getekend door meer dan honderd grondeigenaren die gezamenlijk 120.000 hectare van de in totaal 200.000 hectare particulier gronden bezitten in Nederland.

Vitaliteit Vilsteren

Eén van de doelstellingen van Cremers is de vitaliteit van de gemeenschap Vilsteren te bevorderen. De school, de kerk en actieve verenigingen zijn van groot belang. Op cultureel gebied organiseert het landgoed diverse activiteiten zoals ‘de Denkers in Vilsteren’, levensbeschouwelijke en andere lezingen die aanzetten tot nadenken. In de kerk en in het landgoedcentrum is regelmatig een concert bij te wonen. De bewoners in Vilsteren hebben zich georganiseerd in de Vereniging Plaatselijk Belang en organiseren allerlei activiteiten van Paasvuur tot Balkenbrij, wandelingen en dorpsbraderieën, en niet te vergeten het carnaval met optocht en groot feest.

‘Elke derde zaterdag van de maand wordt in het dorp een boerenmarkt  gehouden met lokale producten van o.a. het merk ‘Landgoed Vilsteren’: heerlijk en eerlijk, lokaal en duurzaam geproduceerd. De markt loopt erg goed’, glimlacht Cremers.

Achterkant van het huis.jpg
De achterkant van het huis. (foto: Arie Tinbergen)

Filosofische wandeling

In de aanleg en inrichting van het landgoed zijn in vroeger eeuwen elementen opgenomen ter bezinning en inspiratie van de wandelaar. Rond het dorp is een filosofische, of contemplatieve wandeling door de natuur te maken. In de bosrand tussen een van de drie essen van Vilsteren en de Vecht loopt een pad met indrukwekkende oude beuken en eiken. Het zicht op de Vecht staat symbool voor de buitenwereld. Vanaf een heuveltje met een spiraalvormig pad dat naar een bank leidt, de kurketrekker, is een prachtig vergezicht over de rivier. Het zicht op de es staat voor de binnenwereld. Rustig zittend in de witte koepel kijk je uit over de groene es met in de verte de molen, de kerk en het Groot Spijker. Verderop, midden in het bos staat de kluizenaarshut dat symbool staat voor de afdaling in jezelf. Voor de kluizenaarshut kun je afdalen in een laagte en even onzichtbaar zijn tussen de rhododendrons. Aan de overkant van de weg die door Vilsteren loopt vervolg je het contemplatieve pad door een mooi open beukenbos met een roodbruin bladerdek op de aarde.

Vilsteren lijkt op een dorp waar de tijd heeft stilgestaan, waarin de landeigenaar de regels bepaalt. Maar de werkelijkheid is, dat er een hechte gemeenschap bestaat waar samenwerking centraal staat. Een dorpsgemeenschap die sterk verbonden is met de natuur en beseft dat de mens een onderdeel is van die natuur en niet andersom.

Auteur:Rien de Vries
Trefwoorden:Landgoedeigenaren, Vilsteren
Thema's:Landgoedeigenaren aan het woord

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.