1819 - Een bedelaarskolonie in de Ommerschans
De Ommerschans is in de vroege 17de eeuw aangelegd ter bescherming van de noordelijke provincies. In 1819 draagt de overheid het vervallen verdedigingswerk over aan de Maatschappij van Weldadigheid, die een jaar eerder door de sociaal bewogen Johannes van den Bosch is opgericht.
Deze instelling stelt zich tot doel uit het hele land afkomstige armoedzaaiers in landbouwkolonies in Zuidwest-Drenthe en Noordwest-Overijssel tot nuttige burgers om te vormen. De Ommerschans is door zijn geïsoleerde ligging bijzonder geschikt om als ‘dwangkolonie’ te dienen, waar veroordeelde landlopers en bedelaars kunnen worden opgesloten. Er verrijst een kazerneachtig complex met daaromheen ruim twintig boerderijen. Hier worden de kolonisten tewerkgesteld, in de hoop dat ze na hun vrijlating zelf een bestaan als landbouwer kunnen opbouwen. Het heropvoedingsgesticht blijft tot 1890 in gebruik.
*Anonieme aquarel van de Ommerschans, begin 19de eeuw. (Stedelijk Museum Zwolle)
Auteur: | Jan ten Hove |
Trefwoorden: | Bedelaars, Koloniën van Weldadigheid, Ommerschans |
Periode: | 1819 |
Locatie: | Ommerschans |
Thema's: | Een provincie in beweging (1813-1900) |