image/svg+xml

Verhaal 22 Het bevrijdingsfeest-----Een herinnering aan de Franse tijd(1863)

Verhaal

Verhaal 22 Het bevrijdingsfeest-----Een herinnering aan de Franse tijd(1863)

Plaatje bij verhaal: 21-1 - plaatje_94_Napoleon te paard.jpg

Verhaal 22 Het bevrijdingsfeest-----Een herinnering aan de Franse tijd(1863)

Hierboven plaatje 94. De Franse keizer Napoleon te paard. Was hij misschien een beetje ijdel?

De Franse tijd

De tijd van 1795 tot 1813 noemen we de Franse tijd. In die tijd was Nederland een vazalstaat van Frankrijk. Vanaf 1810 was ons land zelfs een deel van Frankrijk. In een vazalstaat heeft een ander land het voor het zeggen. In 1806 krijgt ons land een Franse koning. Hij is een jongere broer van Napoleon, de keizer van Frankrijk. Lodewijk is een goede koning voor ons land. Hij wil niet dat wij steeds meer belasting aan Frankrijk moeten betalen en dat onze jonge mannen in het Franse leger moeten vechten. Napoleon voert overal oorlog, zelfs tot ver in Rusland. Hij wil heel Europa veroveren. Voor zijn leger heeft hij steeds meer geld en soldaten nodig. Maar onze koning Lodewijk blijft dwars liggen. Napoleon wordt dan zo kwaad, dat hij zijn eigen broer in 1810 afzet als koning van ons land.

Napoleon bezet ons land

Daarna stuurt Napoleon zijn leger om Nederland te bezetten. Hij is dan ook “onze” keizer. Zijn soldaten in ons land moeten onderdak hebben en eten en drinken. De Nederlanders moeten dat allemaal betalen. Ook kan Napoleon nu ongestoord ons geld stelen. En hij voert de militaire dienst in voor de jonge mannen die twintig jaar zijn geworden. Hij wil onmiddellijk 3.000 Nederlandse soldaten. Iedereen die in de jaren 1788 tot 1793 geboren is, moet zich melden om gekeurd te worden. Ben je goedgekeurd, dan moet je loten. Bij een laag nummer heb je pech, bij een hoog nummer hoef je vaak niet in dienst. In 1812 valt Napoleon Rusland aan en in 1813 Pruisen. Toen zijn heel veel soldaten om het leven gekomen of gewond geraakt. Uiteindelijk is Napoleon verslagen en afgezet.

 

21-3 - plaatje_95_Trommel voor de loting Gloerich.jpg
Plaatje 95. Napoleon roept veel Nederlandse jongemannen op voor de militaire dienst.
Als je wordt goedgekeurd, moet je een lot trekken. Bij een laag nummer heb je grote
kans dat je in het leger van Napoleon moet. Op het plaatje zie je een soort bingo-
trommel waarin de loten door elkaar worden gehusseld. Zo’n trommel heeft het
leven van veel jongens bepaald.

 

 

Ook Bornse jongens

Jongemannen uit de gemeente Borne worden ook opgeroepen voor het Franse leger. De militaire dokters verklaren 120 jongens gezond genoeg om te kunnen vechten. Van de meesten weten we niet hoe het met hen is gegaan. Sommigen zijn overleden in een hospitaal of gesneuveld op een ver slagveld. Van sommigen is nooit meer iets vernomen. Maar meer dan de helft hoeft niet in dienst of keert veilig in Borne terug. Zoals Gradus Leuverink en Jannes Wensink.

 

21-4 - plaatje_96_uniformen Franse infanterie.jpg
Plaatje 96. De soldaten in het Franse leger hadden prachtige uniformen. Hier zie je een afdeling
van de infanterie, de voetsoldaten. Je zag hen al van ver aankomen. Ze waren goed zichtbaar
voor de vijand. Daarom dragen soldaten nu geen opzichtige uniformen meer als ze moeten
vechten.

 

De bevrijding

In 1813 komen buitenlandse legers ons land bevrijden met een leger van 15.000 soldaten. Onder die soldaten is ook een afdeling Kozakken. Het zijn ruiters uit de steppen in het zuiden van Rusland. Op hun steppenpaardjes zijn ze iedereen te vlug af. Als wervelwinden stuiven ze over het slagveld. Ze zijn zo snel, dat de Franse voetsoldaten veel ontzag voor hen hebben. De Kozakken rijden vóór het grote leger uit en bereiken Enschede vanuit Duitsland. Op 18 november 1813 jaagt een groepje van 15 Kozakken de Franse soldaten Enschede uit. Van daar uit trekken ze snel met het leger verder het land in. Zo wordt heel Nederland bevrijd van de Franse overheersing. Op 2 december 1813 wordt koning Willem I aangesteld als de nieuwe vorst van Nederland.

 

21-5 - plaatje_97_Kozak te paard.jpg
Plaatje 97. Een Kozak op zijn snelle steppenpaardje valt een Franse soldaat aan.

 

Vijftig jaar later

Het is dinsdagmorgen 17 november 1863. De klok van de Oude Kerk slaat acht uur. Dan klinken er plotseling wel twintig harde knallen. Het zijn saluutschoten met ongevaarlijke losse flodders! Het knallen van de geweren gaat over in het uitbundige gebeier van de kerkklokken. Het is Bevrijdingsdag! Heel Nederland viert vandaag dat de Fransen vijftig jaar geleden verdreven zijn. De koster van de Oude Kerk is in alle vroegte in de toren geklommen om de vlag uit te steken. Overal wapperen vlaggen en de kinderen huppelen opgewonden naar school. Er zijn geen lessen, maar er worden spelletjes gedaan en er zijn grote stapels krentenbollen. ’s Middags verzamelen alle kinderen zich op de feestweide bij boer Scholten aan de Aanslagsweg. Het is lekker weer voor een feest in de buitenlucht. Het is wel wat bewolkt, maar het is een graad of 11 en dus niet koud.

De optocht


De kinderen stellen zich op in lange rijen voor de optocht. Vooraan in de stoet rijden twee prachtig geklede herauten te paard. Met hun linkerhand houden ze de teugels stevig vast. Met hun rechterhand zetten ze een bazuin aan de mond. Ze spelen ze een stoere tweestemmige melodie. Hun paarden steigeren. Het duurt even tot ze zijn gewend aan het harde geluid, vlak bij hun oren. Na de herauten komt een erewacht. Het zijn twee lange rijen van elk twintig paarden met ruiters. Op hun hoge paarden kijken ze op de menigte neer. Bijna iedereen in Borne die een paard heeft, rijdt mee en wil goed voor de dag komen. De paarden zijn grondig geroskamd, zodat ze prachtig glanzen. Achter de erewacht rijdt een deftige koets. De kap is naar achteren gevouwen, zodat je de twee oude mannen in de koets goed kunt zien. Ze zwaaien uitgelaten naar de mensen langs de straten die niets willen missen van dit bijzondere schouwspel. Wie zijn zij toch?

Twee veteranen

De twee oude mannen in de koets zijn Gradus Leuverink en Jannes Wensink. Leuverink is 75 jaar oud, Wensink vijf jaar jonger. Ze zijn soldaat geweest in de Franse tijd, net als sommige andere jongemannen uit Borne. Maar dat is al vijftig jaar geleden en van hen zijn alleen Leuverink en Wensink nog in leven. Daarom worden ze vandaag extra in het zonnetje gezet. Ze hebben vaak verteld over hun avonturen in het leger van Napoleon. En elke keer worden hun verhalen mooier. Als soldaat moesten ze vaak wel honderd kilometer per dag lopen – zeggen ze. Ze hebben wel honderd vijanden verslagen – zeggen ze. Ze zijn in Rusland geweest met het Franse leger – zeggen ze. Ze hebben gevochten als leeuwen in de slag bij Waterloo in 1815 – zeggen ze. Maar of dat allemaal waar is, weet niemand. Dat is niet erg, want een mooi verhaal hoeft niet waar gebeurd te zijn. De jongelui in Borne vragen de twee veteranen vaak om nog eens te vertellen hoe het vroeger was. Voor een borreltje doen ze dat graag. De stamgasten in herberg de Halve Maan aan de Koppelsbrink weten wel dat ze hun sterke verhalen met een korreltje zout moeten nemen.

 

21-7 - plaatje_98_Cafe de Halve maan - Johan Tibbe - kleur - 012897bewerkt.JPG
Plaatje 98. In café De Halve Maan was het vaak een gezellige boel. De Bornse kunstenaar
Johan Tibbe heeft dat prachtig geschilderd. Het café stond aan de Markstraat 35 in Borne.

 

Na de slag bij Waterloo in 1815

Napoleon wordt verslagen in de slag bij Waterloo. De soldaten die het overleefd hebben, keren naar huis terug. Nu dragen ze geen mooi uniform meer. Ze moeten werk zoeken en dat valt niet mee. Als Gradus Leuverink in 1818 trouwt, is zijn beroep wever. Zijn nakomelingen vertellen dat hij ook nog koeherder is geweest en sluiswachter van het sluisje in de Bornse Beek bij de Stroom Esch. Van Jannes Wensink is het beroep onbekend. Hij heeft geen familie nagelaten die het kan navertellen; hij is altijd vrijgezel gebleven.

Het bevrijdingsfeest in 1863

Vanaf het feestterrein bij boer Scholten gaat de optocht door de straten van Borne. De route gaat over de Peppelenlaan (Grotestraat), de Abraham ten Catestraat, de Oude Kerkstraat, de Marktstraat, de Markt (Dorsetplein) en dan over de Peppelenlaan terug. En dan nóg een keer hetzelfde rondje. Waarom twee keer? Omdat het dorp erg klein is. Eén rondje is nauwelijks de moeite waard bij zo’n grote feestvreugde. De kinderen in de optocht proberen hun blinkend wit geschuurde klompen schoon te houden, maar dat valt niet mee. De meer dan veertig paarden vooraan in de optocht laten regelmatig iets vallen. Het is een vrolijk gezicht om de grote groep kinderen steeds naar voren en opzij te zien springen over het tapijt van paardenvijgen. Na het tweede rondje door het dorp gaat de stoet terug naar de feestweide van Scholten. Daar zijn allerlei ‘vermakelijkheden’ voor jong en oud. Met spelletjes als ringsteken, mastklimmen, stroophappen, hardlopen en zaklopen kun je mooie prijzen winnen. Het feest is een grote verrassing voor iedereen. Enkele rijke burgers hebben een paar dagen eerder de koppen bij elkaar gestoken en het feest georganiseerd en … betaald.

Wijn en boterhammen

Het is midden november. Omdat het al vroeg donker wordt, is het feest in de weide van Scholten aan het eind van de middag afgelopen. Leuverink en Wensink zijn in een opgewekte stemming. Ze kunnen zich niet herinneren, dat ze ooit zoveel belangstelling – en gratis borreltjes – hebben gehad. Ze worden in de koets geholpen voor een ritje naar het nieuwe gemeentehuis aan de Markt. Daar zijn alle notabelen van Borne bij elkaar gekomen. Leuverink en Wensink krijgen een glas wijn en boterhammen. De burgemeester houdt een plechtige toespraak en heft het glas op de gezondheid van koning Willem III en koningin Sophia.

Illuminatie en vuurwerk

Nu is het helemaal donker geworden. De olielampen in de weinige straatlantaarns geven maar weinig licht. Op het Marktplein staat een grote menigte te wachten. Iedereen weet dat het gemeentehuis dadelijk prachtig zal worden verlicht en dat er vuurwerk zal zijn. Daar komt de gemeentelijke lantarenopsteker al aan met een lange stok. Er zit een brandende lont aan waarmee hij de tientallen vetpotjes aan de gevel aansteekt. Het wordt nu zo licht, dat het eerst even pijn doet aan de ogen. De oudere kinderen mogen opblijven om naar het vuurwerk te kijken. Voor veel kinderen is het de eerste keer dat ze zoiets zien. Ze schrikken steeds van de harde knallen. Hun mond valt open van verbazing als de potten met Bengaals vuur worden aangestoken. Maar het mooist vinden ze de gloeiende vuurpijlen die hoog de lucht inschieten en in duizend kleurige sterren uiteen spatten. Zoiets prachtigs hebben ze nog nooit gezien. Veel te snel is het vuurwerk voorbij. De volgende dag staat het plechtig in de krant: “Door het afsteken van vuurwerk op de markt werd deze heugelijke dag op een alleszins gepaste en algemeen verblijdende wijze beëindigd.” Ook in andere plaatsen is de 50-jarige Bevrijdingsdag in 1863 uitbundig gevierd. Maar de mensen in Oldenzaal hebben hun geld vooral nuttig besteed. Zij hebben 5.000 gulden opgehaald voor de bouw van een ziekenhuis.

 

Op kaartje van Borne is de plaats van de feestweide bij de boerderij van Scholten aangegeven met 22a, het oude gemeentehuis met 22b.

 

groot 08-Burgers en stoommachines-Industrialisatie en 19e eeuw - 1800-1900.jpg

Industrialisatie / 1800-1900

 

 

Auteur:Hans Gloerich
Trefwoorden:Industrialisatie / 1800-1900, Borne bij de tijd, Schoolcanon
Personen:Bonaparte,Lodewijk Napoleon, Bonaparte,Napoleon, Leuverink,Gradus, Wensink,Jannes, Tibbe,Johan
Thema's:Borne bij de tijd-----Schoolcanon

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.