Verhaal 07 Dauwtrappen op Hemelvaart-----De Meijershof (1385)
Verhaal 07 Dauwtrappen op Hemelvaart-----De Meijershof (1385)
- Geplaatst door
Verhaal 07 Dauwtrappen op Hemelvaart-----De Meijershof (1385)
Plaatje 28. Hierboven is keizer Karel V afgebeeld in een oud handschrift. Hij is van 1528 tot 1555 heer van Overijssel. De landen waarover hij regeerde, het Spaanse Rijk, vormden tezamen het grootste Europese rijk sinds dat van Karel de Grote.
De Hof van Borne
Al voor het jaar 1000 is de bisschop van Utrecht de heer van Twente. De bisschop bezit veel land en boerderijen in Twente. Hij wijst zes hoofdboerderijen aan. Dat zijn de bisschoppelijke hoven Ootmarsum, Oldenzaal, Borne, Delden, Wiene en Goor. Op elke hof woont een hofmeier. Hij is namens de bisschop de baas over de boerderijen in zijn gebied. De mensen die op zijn boerderijen wonen heten horigen. Dat betekent: zij horen bij de grond van hun heer. De hof in Borne is de Meijershof. In 1385 schrijft een klerk de naam ‘Hof te Borne’ voor het eerst in de boekhouding van de bisschop van Utrecht.
Keizer Karel V
Er zijn speciale wetten voor de Twentse horigen. Die wetten heten samen het hofrecht. De hofmeiers moeten heel nauwkeurig controleren of de horigen zich aan de wetten houden. De wetten zijn niet opgeschreven; ze staan niet in een wetboek. In die tijd kan bijna niemand lezen en schrijven. Eeuwenlang worden de wetten doorverteld van vader op zoon. Dat gaat zo, totdat keizer Karel V in 1528 de heer van Overijssel wordt. Hij weet niet waar hij aan toe is met die ongeschreven Twentse wetten. Daarom laat hij ze in 1546 op papier zetten.
Horigen
Een horige woont op een boerderij van zijn hofmeier. Hij mag niet zonder zijn toestemming verhuizen. Een horige mag de boerderij en het land gebruiken zo lang hij leeft. De hofmeier kan een horige niet zomaar uit zijn boerderij zetten. De oudste zoon van een horige erft het recht om op de boerderij te wonen en het land te bewerken. In die tijd hebben de mensen nog geen vaste familienamen. Je heet naar de boerderij waar je woont, bijvoorbeeld Jannes Wensink. Als Jannes verhuist naar boerderij Leferink, heet hij Jannes Leferink of Jannes Wensink op Leferink.
Elk jaar een vast bedrag
Een horige mag niet gratis op de boerderij wonen. Hij moet elk jaar een vast bedrag betalen aan de hofmeier of een vaste hoeveelheid graan geven. Het geldbedrag of de hoeveelheid graan blijft eeuwenlang hetzelfde. De hofmeier mag nooit meer vragen dan het vorige jaar. Geld wordt meestal elk jaar wat minder waard. Een bedrag van 100 gulden is tien jaar later misschien nog maar 80 gulden waard. Daardoor betalen de horigen eigenlijk elk jaar iets minder.
Pachters
Een horige is beter af dan een pachter. Want een pachter huurt een boerderij voor bijvoorbeeld 20 jaar. Maar hij weet niet of hij de boerderij daarna nog mag huren. En ook niet hoeveel pacht hij dan moet betalen. Een pachter is wel vrij om zijn boerderij te verlaten en ergens anders te beginnen.
De hofmeier
De wetten zijn er niet alleen voor de horigen. Ook de hofmeier moet zich eraan houden. Bij problemen moet de hofmeier zijn horigen beschermen. De hofmeier mag de horigen niet zomaar uit hun boerderij zetten, zolang zij zich aan de regels houden. Hij mag een boerderij alleen verkopen als de nieuwe eigenaar ook de horigen overneemt en zich aan de regels wil houden.
De regels
Een horige moet elk jaar op de hofdag bij de hofmeier verschijnen om zijn horigheid te erkennen. Een horige mag zich vrijkopen, maar dan moet hij wel voor een vervanger zorgen. Als hij wil trouwen, moet hij toestemming aan de hofmeier vragen. Als een horige overlijdt, krijgt de hofmeier de helft van zijn vee. Ook moeten de erfgenamen dan een vergoeding betalen. Dit zijn maar enkele voorbeelden van de vele regels voor de horigen.
Hemelvaart
De horigen zijn verplicht om elk voorjaar te verschijnen op de hof van hun hofmeier. Ze moeten dan het vaste jaarlijkse geldbedrag of het graan brengen. Vaak zijn er ook andere zaken te regelen. Deze hofdag wordt altijd gehouden op Hemelvaartdag. Dat is een christelijke feestdag. We herdenken dan dat Christus naar zijn Vader in de hemel is teruggegaan. Hemelvaart valt altijd op een donderdag, tien dagen voor Pinksteren.
Vroeg op pad
Veel horigen wonen ver weg van de hof van hun hofmeier. De wegen zijn in het natte voorjaar vaak modderig en vol kuilen. En met een paard en wagen schiet het ook al niet op. Om op tijd bij de hofmeier te zijn, moeten veel horigen ’s morgens al heel vroeg vertrekken. De dauw ligt dan nog op de velden.
Dauwtrappen
Tegenwoordig is Hemelvaart een vrije dag. Het is vaak een mooie zonnige lentedag. De mensen gaan er dan graag op uit, de natuur in. Liefst al voor dag en dauw. Dat noemen we dauwtrappen. Je weet nu waar die eeuwenoude gewoonte vandaan komt. De hofmeier hoef je niet meer te betalen. Je kunt het geld nu besteden aan een ijsje.
Horigen worden eigenaars
In de loop van de tijd is de provincie Overijssel eigenaar geworden van de hofhorige boerderijen. In Twente waren er 240 van die boerderijen. In 1809 schaft de Franse koning Lodewijk Napoleon het ouderwetse hofrecht af. Toch houden de boeren er nog lange tijd aan vast. Ze zien het hofrecht als een soort pacht die overgaat van vader op zoon. Ook vinden ze dat hun belangen op die manier goed beschermd zijn. Maar het provincie-bestuur wil van de hofhorige boerderijen af en zet ze allemaal te koop. Rond 1830 zijn alle boerderijen verkocht, meestal aan de boeren die er wonen.
Op het kaartje van Borne is de plaats van de Meijershof aangegeven met 7.
Middeleeuwen / 1000-1500
Auteur: | Hans Gloerich |
Trefwoorden: | Middeleeuwen / 1000-1500, Borne bij de tijd, Schoolcanon |
Thema's: | Borne bij de tijd-----Schoolcanon |